HomeADHD-medicatie15.6.2 Incidenten

15.6.2 Incidenten

In het kort: Er zijn geen landelijke gegevens bekend over het aantal gezondheidsincidenten met ADHD-medicatie. In 2024 stond het ADHD-medicijn methylfenidaat op de zesde plaats in de top 10 van geneesmiddelen met de meeste telefonische informatieverzoeken bij het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum. Het aantal informatieverzoeken over ADHD-medicatie is vergeleken met 2023 toegenomen. Het is niet bekend of het hierbij om voorgeschreven gebruik (op recept) of om oneigenlijk gebruik gaat.

Hoe vaak komen gezondheidsincidenten gerelateerd aan ADHD-medicatie voor?

Er zijn geen landelijke gegevens bekend over het aantal gezondheidsincidenten gerelateerd aan het gebruik van ADHD-medicatie ​[1]​.

Hoe vaak zoeken hulpverleners informatie op over ADHD-medicatie bij het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum?

Ongeveer één op de 25 informatieverzoeken bij het NVIC over mogelijke blootstellingen van mensen aan geneesmiddelen gaat over ADHD-medicatie

In 2024 ontving het NVIC in totaal 734 telefonische informatieverzoeken van hulpverleners over ADHD-medicatie ​[2]​. Dat is 4% van het totaal aantal telefonische informatieverzoeken over mogelijke blootstellingen van mensen aan geneesmiddelen. Het is niet bekend of de informatieverzoeken betrekking hebben op voorgeschreven gebruik (op recept) of oneigenlijk gebruik.

Aantal informatieverzoeken over ADHD-medicatie gestegen

Het aantal informatieverzoeken over ADHD-medicatie is vergeleken met 2023 gestegen, toen waren het er nog 628. Het merendeel (490) van de informatieverzoeken over ADHD-medicatie in 2024 ging over methylfenidaat. Methylfenidaat staat hiermee op de zesde plaats in de top 10 van geneesmiddelen met de meeste telefonische informatieverzoeken. Ongeveer een derde (32%) van de informatieverzoeken ging over jongeren (13-17 jaar). In ruim de helft van de gevallen ging het om een opzettelijke inname.

Op de website www.vergiftigingen.info werden daarnaast 2.143 ernstberekeningen uitgevoerd voor het ADHD-medicijn methylfenidaat. Een ernstberekening is een inschatting van de ernst van de intoxicatie op basis van een aantal gegevens. Zie Meer informatie over de onderzoeken op deze pagina voor meer uitleg. Methylfenidaat staat hiermee op de zesde plaats in de top 10 van medicijnen waarvoor de meeste ernstberekeningen werden uitgevoerd.

Registratie van drugsgerelateerde incidenten

De Monitor Drugsincidenten (MDI) houdt sinds 2009 jaarlijks gegevens bij over acute gezondheidsincidenten als gevolg van drugsgebruik in Nederland ​[1]​. De monitor richt zich dus primair op illegale drugs, ADHD-medicijnen worden niet standaard geregistreerd. De monitor geeft dus geen goed beeld van de omvang van incidenten gerelateerd aan ADHD-medicijnen.

Informatieverzoeken van hulpverleners bij het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum

Het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC) registreert informatieverzoeken van artsen en hulpverleners over de mogelijke gezondheidseffecten en behandeling van acute vergiftigingen. Het NVIC is onderdeel van het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC Utrecht) en is 24 uur per dag telefonisch bereikbaar. De meeste drugsgerelateerde telefonische informatieverzoeken gaan over cliënten die in aanraking zijn gekomen met een middel: een blootstelling. Een blootstelling leidt niet altijd tot vergiftigingsverschijnselen, het gaat dus om een mogelijke/potentiële vergiftiging.

Hulpverleners kunnen ook via de website www.vergiftigingen.info toxicologische informatie van een stof of product opzoeken. Er kan a) een ernstberekening worden uitgevoerd voor een individuele patiënt, b) een stofmonografie worden ingezien of c) therapieteksten en behandelprotocollen worden geraadpleegd. Bij het uitvoeren van een ernstberekening vult de hulpverlener een aantal gegevens in op de site. Op basis van de ingevoerde gegevens wordt teruggekoppeld of er vermoedelijk sprake is van een lichte intoxicatie (tekst: behandeling meestal niet nodig), een matige intoxicatie (tekst: ziekenhuisobservatie, behandeling vaak nodig) of een ernstige intoxicatie (tekst: mogelijk levensbedreigend).

Het aantal telefonische informatieverzoeken en ernstberekeningen geven geen informatie over het daadwerkelijke aantal blootstellingen of vergiftigingen. Ook de mate waarin de hulpverleners kennis hebben (opgebouwd) over het middel zal van invloed zijn op het aantal informatieverzoeken. De website kan bovendien niet alleen worden gebruikt bij daadwerkelijke blootstellingen, maar ook voor oriëntatie of bijscholing. Daarnaast bestaat in Nederland geen meldingsplicht voor acute vergiftigingen.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    Meijer-Sellies A, Hutten N, Schürmann L, Valkenberg H, Croes E, Smit-Rigter L. Monitor Drugsincidenten: Jaarraportage 2023. Utrecht: Trimbos-instituut; 2025.
  2. 2.
    Visser CC, Nugteren-van Lonkhuyzen JJ, Mulder-Spijkerboer HN, Van Velzen AG, De Lange DW, van Riel AJHP. Acute vergiftigingen bij mens en dier: NVIC Jaaroverzicht 2024: NVIC Rapport 01/2025. Utrecht: Nationaal Vergiftigingen Informatiecentrum (NVIC), Divisie Vitale Functies, Universitair Medisch Centrum Utrecht; 2025.

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2025. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.