11.6.1 Verslavingszorg
Hoeveel mensen worden behandeld in de verslavingszorg voor alcoholproblematiek?
In het kort: In 2024 werden er meer dan 30.000 mensen behandeld in de verslavingszorg voor primaire alcoholproblematiek. Dat is bijna de helft van het totaal aantal mensen in behandeling in de verslavingszorg. Vergeleken met personen in behandeling voor verslavingsproblematiek voor andere middelen, zijn alcoholcliënten relatief oud, met een gemiddelde leeftijd van 46 jaar. Driekwart van de alcoholcliënten zijn al eens eerder behandeld in de verslavingszorg. Alcohol is de meest voorkomende secundaire problematiek bij cliënten die in behandeling zijn voor een ander middel. De toename in het aantal cliënten met primaire alcoholproblematiek in de periode 2015-2024 kan waarschijnlijk verklaard worden door een toename in het aantal deelnemende instellingen en de bevolkingsgroei.
In 2024 werden meer dan 30.000 mensen behandeld in de verslavingszorg voor primaire alcoholproblematiek
In 2024 werden volgens het LADIS 30.286 mensen behandeld in de verslavingszorg voor alcoholproblematiek [1]. Dat is 44% van het totaal aantal mensen in behandeling in de verslavingszorg (inclusief gedragsverslavingen). Hiermee is alcohol de meest voorkomende problematiek binnen de verslavingszorg. Het gaat hierbij alleen om mensen bij wie de alcoholproblematiek staat geregistreerd als de enige of de belangrijkste reden voor de behandeling. We noemen dit ook wel ‘primaire’ alcoholcliënten. In 2024 werden volgens het LADIS 30.286 mensen behandeld in de verslavingszorg voor alcoholproblematiek . Dat is 44% van het totaal aantal mensen in behandeling in de verslavingszorg (inclusief gedragsverslavingen). Hiermee is alcohol de meest voorkomende problematiek binnen de verslavingszorg. Het gaat hierbij alleen om mensen bij wie de alcoholproblematiek staat geregistreerd als de enige of de belangrijkste reden voor de behandeling. We noemen dit ook wel ‘primaire’ alcoholcliënten.
Niet alle verslavingszorg instellingen leveren gegevens aan het LADIS, het genoemde aantal is dus een onderschatting van het totaal aantal cliënten in de verslavingszorg voor alcoholproblematiek. Volgens het LADIS leverden in 2024 ongeveer 85-90% van gespecialiseerde verslavingszorginstellingen data aan (zie: Meer informatie over de onderzoeken op deze pagina).
Bijna één op de drie primaire alcoholcliënten is vrouw
In 2024 was iets minder dan één op de drie cliënten met primaire alcoholproblematiek vrouw (31%), het merendeel was man (69%). In de algemene bevolking gebruiken mannen ook vaker overmatig alcohol dan vrouwen (zie: Gebruik: Volwassenen).
Cliënten met primaire alcoholproblematiek zijn relatief oud
In 2024 was de gemiddelde leeftijd van de primaire alcoholcliënten 46 jaar. Hiermee zijn de alcoholcliënten relatief oud, alleen onder de cliënten met opioïdenproblematiek is de gemiddelde leeftijd hoger. Het grootste aantal alcoholcliënten viel in de leeftijdsgroep 40 t/m 44 jaar. Ruim een kwart (28%) van de cliënten met primaire alcoholproblematiek was 55 jaar of ouder.
Driekwart van de alcoholcliënten zijn al eens eerder behandeld in de verslavingszorg
Driekwart van de cliënten met primaire alcoholproblematiek is al eens eerder behandeld in de verslavingszorg (75%). Voor een kwart van de alcoholcliënten (25%) ging het in 2024 om een eerste aanmelding in de verslavingszorg.
Minder dan de helft van de alcoholcliënten heeft ook nog andere middelenproblematiek
In 2024 had 44% van de primaire alcoholcliënten ook nog andere verslavingsproblematiek. We noemen dit ook wel secundaire problematiek. Onder primaire alcoholcliënten zijn “overige middelen” de meest voorkomende secundaire problematiek (19% van het totaal aantal primaire alcoholcliënten), gevolgd door cocaïne (9%) en cannabis (8%). Vermoedelijk bestond een groot deel van de problematiek met “overige middelen” uit nicotine.
Mogelijk hebben de alcoholcliënten in de verslavingszorg ook nog andere psychische problemen dan verslaving. Het LADIS verzamelt hier echter niet systematisch gegevens over.
Alcohol is de meest voorkomende secundaire problematiek
Alcohol kan ook voorkomen als secundaire problematiek bij cliënten die voor andere verslavingsproblematiek in behandeling zijn. In totaal ging het in 2024 om 8.783 secundaire alcoholcliënten. Alcohol komt daarmee het meest voor als secundaire problematiek. Voor cliënten met alcohol als secundaire problematiek was het meest voorkomende primaire middel cocaïne (32%) gevolgd door cannabis (28%).
Is het aantal mensen dat wordt behandeld in de verslavingszorg voor alcoholproblematiek veranderd?
Aantal cliënten met primaire alcoholproblematiek stabiel, maar aandeel in bevolking daalt
Het aantal cliënten met primaire alcoholproblematiek bleef tussen 2015 (30.200 cliënten) en 2024 (30.286 cliënten) stabiel, volgens gegevens van alle instellingen die aan LADIS rapporteren. Omdat in dezelfde periode ook de Nederlandse bevolking groeide, is er ook gekeken naar het aantal cliënten per 100.000 inwoners van 15 jaar en ouder. Hier was een daling zichtbaar: van 215 per 100.000 inwoners in 2015 naar 199 in 2024.
Belangrijke kanttekening: Elk jaar sluiten nieuwe instellingen aan bij LADIS. De stabiliteit in het totaal aantal cliënten kan daarom mogelijk verklaard worden door het groeiende aantal instellingen dat gegevens aanlevert (zie: Meer informatie over de onderzoeken op deze pagina).
Om het effect van toetredende instellingen uit te sluiten, is ook gekeken naar verslavingsinstellingen die gedurende de hele periode (2015-2024) gegevens aanleveren (de zogenoemde constante instellingen). In deze groep zien we juist een daling van het aantal alcoholcliënten: van 29.656 in 2015 naar 25.805 in 2024. Ook het aantal cliënten per 100.000 inwoners daalde in deze groep, van 211 naar 170.
Belangrijke kanttekening: Hoewel deze constante gegevens mogelijk een stabieler beeld geven, houden ze geen rekening met nieuwe instellingen die mogelijk een ander type cliënt aantrekken, of met cliënten die overstappen van bestaande naar nieuwe instellingen. Dit kan mede het gevolg zijn van beperkte capaciteit binnen de verslavingszorg [1,2]. De wachtlijsten zijn de afgelopen jaren toegenomen.
Kortom, het is op basis van deze gegevens niet mogelijk om exact te duiden welke trend het daadwerkelijke zorggebruik weerspiegelt.
Het aandeel alcoholcliënten in de verslavingszorg is in de periode 2015-2024 stabiel
Het aandeel cliënten met primaire alcoholproblematiek onder alle cliënten in de verslavingszorg bleef ongeveer gelijk in de periode 2015-2024. Het percentage lag in deze jaren steeds tussen de 44% en 45%. Voor deze berekeningen zijn de gegevens van alle deelnemende instellingen meegenomen.
Het aantal secundaire alcoholcliënten nam in de periode 2015-2024 toe
Het aantal cliënten bij wie alcoholproblematiek speelde als secundaire problematiek is in de periode 2015-2024 toegenomen, van 5.686 naar 8.783 cliënten. Ook wanneer er alleen gekeken wordt naar het constante aantal instellingen, steeg het aantal cliënten met secundaire alcoholproblematiek, van 5.413 naar 5.881 cliënten.
Aandeel mannen met alcoholproblematiek neemt licht af tussen 2015-2024
Het aandeel mannen onder cliënten met primaire alcoholproblematiek daalde tussen 2015 en 2024 van 72 naar 69%.
Geen verschil in leeftijd in de periode 2015-2024
De gemiddelde leeftijd en verdeling van leeftijdsgroepen in de periode 2015-2024 onder cliënten met primaire alcoholproblematiek bleef grotendeels gelijk (gemiddelde leeftijd 46 of 47 jaar).
Hoe behandelt de verslavingszorg mensen met alcoholproblematiek?
De verslavingszorg is onderdeel van de gezondheidszorg. De verslavingszorg helpt mensen die een stoornis hebben in drugs-, alcohol-, of medicatiegebruik, of een gokstoornis of een andere gedragsverslaving. De behandeling van stoornissen in het gebruik van alcohol is gebaseerd op de “Multidisciplinaire richtlijn stoornissen in het gebruik van alcohol” [2].
De richtlijn stoornissen in het gebruik van alcohol adviseert bij alle volwassen patiënten een medicamenteuze behandeling aan te bieden, in combinatie met een evidence-based psychologische behandeling en/of gestructureerde medische begeleiding [2]. De keuze voor het type medicatie is afhankelijk van het gekozen behandeldoel (abstinentie of gecontroleerd alcoholgebruik). Bij jongeren adviseert de richtlijn vooral een psychologische behandeling aan te bieden, en terughoudend te zijn met medicatie.
De psychologische behandeling voor stoornissen in het gebruik van alcohol kan als eerste keuze bestaan uit motiverende gespreksvoering (MGV), cognitieve gedragstherapie (CGT) of de ambulante twaalf stappen behandeling. Bij onvoldoende effect wordt geadviseerd om van methodiek te veranderen, de behandeling te intensiveren, of gebruik te maken van de community reinforcement approach (CRA) of een klinische Minnesota behandeling, afhankelijk van de indicatie.
Aanvullende informatie
Bronnen
- 1.D.J. Wisselink, J.B. van der Slink, J.P. Kerssies. Kerncijfers Verslavingszorg 2015-2024. Stichting Informatievoorziening Zorg (IVZ); 2025 p. 1–100.
- 2.Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) N. Richtlijn Stoornissen in het gebruik van alcohol. 2023. p. 337–60.
- 3.Van der Pol P, Liebregts N, De Graaf R, D.J. Korf, Van den Brink W, Van Laar M. Facilitators and barriers in treatment seeking for cannabis dependence. Vol. 133, Drug and Alcohol Dependence. 2013. p. 776–80.
- 4.M Tuithof. Drinking Distilled: onset, course and treatment of alcohol use disorders in the general population. Universiteit van Amsterdam; 2015.
- 5.Zorgautoriteit N. Informatiekaart Wachttijden en wachtplekken GGZ – oktober 2024 [Internet]. Nederlandse Zorgautoriteit. 2024. Available from: https://puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_786033_22/
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2025. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.