HomeCocaïne4.7.2 Sterfte in Nederland

4.7.2 Sterfte in Nederland

Hoeveel mensen overlijden er als gevolg van het gebruik van cocaïne in Nederland?

In het kort: In 2023 overleden ten minste 63 mensen aan de directe gevolgen van het gebruik van cocaïne, waarvan de meesten door een niet-opzettelijke overdosis (62%). Het aantal mensen dat overlijdt door cocaïne is beperkt ten opzichte van het totale aantal dat overlijdt door drugsgebruik. Het gaat hier echter mogelijk om een onderschatting vanwege beperkingen in de registratie. Het aantal mensen dat overlijdt door cocaïnegebruik is in de afgelopen tien jaar gestegen.

Op welke manieren kunnen mensen overlijden door gebruik van cocaïne?

Er zijn verschillende manieren waarop mensen kunnen overlijden door het gebruik van drugs. Soms is er een direct verband tussen het gebruik van een middel en het overlijden, bijvoorbeeld door een overdosis. Dit noemen we ook wel directe sterfte. Ook wanneer iemand overlijdt door een ziekte die veroorzaakt is door het gebruik van een middel, dan valt dit onder de directe sterfte. Het gaat hierbij meestal om stoornissen in middelengebruik, zoals verslaving en misbruik. Artsen die de doodsoorzaak registreren hebben echter niet altijd volledig zicht op wat er is gebeurd en of de persoon verslaafd was of drugs had gebruikt. Het gaat bij de registratie van de doodsoorzaken dus om een inschatting op basis van de kennis die een arts op dat moment heeft.   

Mensen kunnen ook overlijden door de indirecte gevolgen van drugsgebruik, bijvoorbeeld door de gevolgen van een infectie opgelopen door een besmette naald of door een ongezonde leefstijl bij verslavingsproblematiek. Dit noemen we indirecte sterfte. Er zijn geen recente schattingen beschikbaar voor de indirecte sterfte door drugsgebruik.

De gegevens op deze pagina gaan alleen over sterfgevallen die door artsen geregistreerd zijn als directe sterfte. Dit is dus een onderschatting van het totale aantal sterfgevallen gerelateerd aan drugs (zie ook: Meer informatie over de onderzoeken op deze pagina). 

Hoeveel mensen overlijden er als direct gevolg van het gebruik van cocaïne in Nederland?

In 2023 overleden ten minste 63 mensen door het gebruik van cocaïne

In 2023 overleden ten minste 63 mensen van 15 jaar of ouder door cocaïnegebruik. Dit komt neer op ongeveer 0,4 sterfgevallen per 100.000 inwoners in 2023. In totaal overleden er in 2023 ten minste 338 mensen door het gebruik van drugs. Minder dan een vijfde daarvan (18,6%) overleed dus door het gebruik van cocaïne. Dit blijkt uit de registratiegegevens over de directe sterfte door drugsgebruik uit de Doodsoorzakenstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Met de Doodsoorzakenstatistiek worden onderliggende doodsoorzaken van alle overleden inwoners van Nederland verzameld. De doodsoorzakenverklaringen worden door artsen ingevuld en vervolgens door het CBS gecodeerd volgens de International Classification of Diseases (ICD-10) normen.

Bij de sterfgevallen door cocaïne kan geen onderscheid worden gemaakt tussen gebruikers van crack en snuifcocaïne.

Cocaïne zal bij meer sterfgevallen een rol hebben gespeeld, bijvoorbeeld in combinatie met andere drugs. Omdat de Doodsoorzakenstatistiek maar één middel rapporteert en bij vergiftigingen met meerdere middelen met een voorrangslijst wordt gewerkt, kan het zijn dat deze gevallen niet onder het middel cocaïne worden geregistreerd (zie: Meer informatie over de onderzoeken op deze pagina).

Tenslotte zijn er ook 88 sterfgevallen geweest waarbij het middel niet onder één van de bestaande ICD-10 codes viel of niet was gespecificeerd (bijvoorbeeld doordat de arts alleen “overdosering drugs” heeft genoteerd). Onder deze “overige” gevallen zouden mogelijk ook nog sterfgevallen door het gebruik van cocaïne kunnen vallen. Dit is echter niet met zekerheid te zeggen.

De meeste mensen overlijden door cocaïne vanwege een niet opzettelijke overdosis

In 39 sterfgevallen door cocaïnegebruik (62%) ging het om een niet opzettelijke overdosis. In 5 gevallen (8%) ging het om een opzettelijke overdosis, oftewel een suïcide. In 2 gevallen (3%) ging het om een overdosis waarbij de intentie niet duidelijk was. In 17 gevallen (27%) werd de doodsoorzaak genoteerd als het gevolg van een stoornis in het gebruik van cocaïne, zoals een verslaving. 

Meer dan vijf keer zoveel mannen als vrouwen overlijden door cocaïnegebruik

In 2023 overleden ten minste 53 mannen (84%) en 10 vrouwen (16%) door cocaïnegebruik. Het aandeel vrouwen onder de sterfgevallen door cocaïnegebruik is lager dan het aandeel vrouwen onder de sterfgevallen door opioïden (27%) of slaap- en kalmeringsmiddelen (53% in de periode 2019-2023).

Doden door cocaïnegebruik vallen vooral tussen de 35-49 en 50-64 jaar

De meeste doden door het gebruik van cocaïne vonden in 2023 plaats in de leeftijdsgroepen 35-49 jaar (44% van het totale aantal stergevallen door cocaïne) en 50-64 jaar (37%). Veel minder mensen stierven door cocaïne in de jongere en oudere leeftijdsgroepen. Zo was 13% van de sterfgevallen door cocaïne onder de 35 jaar en 6% was 65 jaar of ouder.

Ook vergeleken met sterfte door andere drugs dan cocaïne is het aandeel jongere en oudere sterfgevallen door cocaïne klein. Onder mensen van 20-34 was 13% van de sterfgevallen door drugs het gevolg van cocaïnegebruik. Van de sterfgevallen door drugs onder mensen boven de 65  was 6% het gevolg van cocaïnegebruik.

Aantal sterfgevallen door cocaïne toegenomen in de afgelopen tien jaar

Tussen 2014 en 2023 is het aantal sterfgevallen door cocaïne meer dan verdubbeld, van 24 naar 63. Het aantal sterfgevallen was in 2023 ongeveer even hoog als in 2022 (64). Ook het totale aantal personen dat overleed door drugsgebruik is gestegen tussen 2014 en 2023, van 123 naar 338.

Er is momenteel geen duidelijke verklaring bekend voor deze stijging in het aantal sterfgevallen door drugs- en cocaïnegebruik. Veranderingen in de manier van registeren en een toename in het aantal toxicologische onderzoeken zouden de cijfers kunnen beïnvloeden. Toekomstig onderzoek, via het speciaal register dat momenteel in ontwikkeling is, kan hierover meer helderheid verschaffen ​[1]​.

Afname op lange termijn van aandeel jongeren dat overlijdt door cocaïnegebruik

Het aandeel jongeren (onder de 35 jaar) onder de sterfgevallen door cocaïne is afgenomen van 40% in de periode 1996-2000 naar 16% in de periode 2021-2023. Het aandeel ouderen (65 jaar en ouder) onder de sterfgevallen door cocaïne neemt juist toe. In de periode 2001-2005 was dit nog 1%, in de periode 2021-2023 was 8 % van de overledenen door de directe gevolgen van cocaïnegebruik 65 jaar of ouder.

De manier van coderen van de doodsoorzaken is in 2013 veranderd (zie: Meer informatie over de onderzoeken op deze pagina). Dit zou van invloed kunnen zijn op deze veranderingen in de tijd.

Het aandeel mannen onder de sterfgevallen door cocaïnegebruik schommelt

Tussen 2014 en 2023 schommelde het percentage mannen onder de sterfgevallen door cocaïnegebruik tussen de 80% en de 91%. Er is geen verklaring bekend voor deze schommeling. Mogelijk gaat het hier om een toeval door de relatief kleine aantallen.

Doodsoorzakenstatistiek CBS

Gegevens over de directe sterfte door drugsgebruik komen uit de Doodsoorzakenstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Met de Doodsoorzakenstatistiek worden de onderliggende doodsoorzaken van alle overleden inwoners van Nederland verzameld.

Na het overlijden van een persoon vult een arts een doodsoorzakenformulier in. De ingevulde doodsoorzaken krijgen codes toegewezen op basis van de International Statistical Classifcation of Diseases and Related Health Problems (ICD-10) van de World Health Organisation (WHO). Dit gebeurde tot en met 2012 handmatig door de medisch codeurs van het CBS. Vanaf 2013 worden de doodsoorzaken (deels) automatisch gecodeerd met behulp van een internationaal computerprogramma. Onder andere de niet natuurlijke doodsoorzaken worden nog steeds handmatig gecodeerd. De introductie van het automatisch coderen in 2013 had invloed op de statistiek, maar in hoeverre dit ook van invloed was op de drugsgerelateerde sterfte is onbekend. Overlijdens door drugsgebruik vallen namelijk voornamelijk onder de niet natuurlijke doodsoorzaken. Vergelijkingen van gegevens van vóór en na 2013 moeten met voorzichtigheid worden geïnterpreteerd ​[2]​.

De selectie van de sterfgevallen door drugsgebruik wordt gedaan op basis van de Drug-Related Deaths Standard van het EUDA ​[3]​. Het EUDA heeft een lijst samengesteld met alle ICD-10 codes die wijzen op directe sterfte door drugsgebruik. Het gaat om vergiftigingen door drugs en alle psychische stoornissen en gedragsstoornissen door het gebruik van drugs (zoals verslaving).

Beperkingen van de Doodsoorzakenstatistiek voor de registratie van drugssterfte

Volgens de Doodsoorzakenstatistiek van het CBS overlijden er in Nederland relatief weinig mensen aan de directe gevolgen van het gebruik van drugs. De Doodsoorzakenstatistiek van het CBS is echter niet specifiek toegerust op het registreren van drugsgerelateerde sterfte, waardoor de gegevens voorzichtig moeten worden geïnterpreteerd. 

Zo wordt er niet altijd toxicologisch onderzoek gedaan, en als dat wel wordt gedaan komen de resultaten niet altijd bij het CBS terecht. Daarnaast zijn er verschillen in de manieren waarop artsen druggerelateerde sterfte registreren op het doodsoorzakenformulier, waarbij in sommige regio’s terughoudend wordt geregistreerd. Ook zijn er relatief veel sterfgevallen waarbij een arts geen of een onbekende onderliggende doodsoorzaak opgeeft. Mogelijk is bij een aantal van deze gevallen wel sprake geweest van drugsgebruik. Hierdoor kunnen drugsgerelateerde sterfgevallen buiten de Doodsoorzakenstatistiek van het CBS vallen.

Verder is er bij drugssterfte vaak sprake van het gebruik van meerdere middelen tegelijkertijd. In de Doodsoorzakenstatistiek kan echter maar één middel als onderliggende doodsoorzaak worden genoteerd. Dit wordt in de ICD-10 codering aangegeven met T-codes, die precies weergeeft wat er medisch aan de hand is. Hierbij wordt een voorrangslijst gehanteerd, waardoor het meest schadelijke middel als doodsoorzaak wordt geregistreerd ​[4]​. Daarnaast worden er ook X-codes gehanteerd, die aangeven hoe iets gebeurde, zoals bijvoorbeeld een onopzettelijke vergiftiging door drugs. De X-codering werkt niet volgens een voorrangslijst, maar met categorieën. Deze ICD-10 coderingsregels zorgen ervoor dat mengintoxicaties met bijvoorbeeld cocaïne en een ander middel, dat volgens de voorrangslijst schadelijker is, niet als sterfte door cocaïne worden geregistreerd.

Tot slot zorgt de manier van coderen met het ICD-10 systeem ervoor dat er vaak weinig informatie beschikbaar is over welk specifiek middel is gebruikt, vanwege het gebruik van verzamelcategorieën ​[1]​.

Speciaal register

Momenteel is er een speciaal register in ontwikkeling om meer inzicht te verkrijgen in de drugsgerelateerde sterfte in Nederland ​[1]​.

Voor meer informatie, zie Bijlage B4.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    Vercoulen E, Ceelen M, Dorn T, Buster M, Croes E, Van Laar M. Drugsgerelateerde sterfte in beeld: Onderzoek naar de praktijk van de detectie en registratie van drugsgerelateerde sterfte en ontwikkeling van een blauwdruk voor een speciaal register. Utrecht/Amsterdam: Trimbos-instituut/GGD Amsterdam; 2021.
  2. 2.
    P.P.M. Harteloh. Veranderingen in de doodsoorzakenstatistiek 2012–2013. CBS; 2016.
  3. 3.
    Monitoring Centre for Drugs E, Addiction D. Drug-Related Deaths (DRD) Standard Protocol, version 3.2 2009: EMCDDA standard protocol for the EU Member States to collect data and report figures for the Key indicator DRD by the Standard Reitox templates: EMCDDA project CT.02.P1.05 [Internet]. Lisbon: European Monitoring Centre for Drugs and Drug Addiction; 2009. Available from: file:///Users/dominiquelopez/Downloads/DRD Standard Protocol version 3.2.pdf
  4. 4.
    ICD 10. International statistical classification of diseases and related health problems. 10th revision. Volume 2. Instruction manual. Fifth edition. World Health Organization; 2016.

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2025. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.