HomeSlaap- en kalmeringsmiddelen10.2 Gebruik: volwassenen

10.2 Gebruik: volwassenen

10.2.1 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen onder volwassenen

Hoeveel volwassenen gebruiken slaap- en kalmeringsmiddelen?

In het kort: In 2024 had bijna een op de tien volwassen Nederlanders (9,6%) in het afgelopen jaar slaap- of kalmeringsmiddelen gebruikt, 3,4% gebruikte slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept.

Ongeveer één op de tien volwassenen gebruikte in het laatste jaar slaap- of kalmeringsmiddelen

In 2024 gebruikte bijna een op de tien (9,6%) volwassenen in het laatste jaar slaap- of kalmeringsmiddelen. Dat zijn ongeveer 1,4 miljoen volwassenen. Bijna een vijfde van de volwassenen (19,9%) had ooit slaap- of kalmeringsmiddelen gebruikt en ruim een op de twintig (5,8%) gebruikte dit in de laatste maand.

Ongeveer één op de dertig volwassenen gebruikte in het laatste jaar slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept

Van alle volwassenen gaf 3,4% aan in het afgelopen jaar slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept te hebben gebruikt, dat komt neer op 480 duizend volwassenen. Daarnaast gebruikte 1,8% van de volwassenen in de laatste maand slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept.

Gebruik zonder doktersrecept kan duiden op zelfmedicatie of gebruik buiten het reguliere zorgsysteem. Lees meer over verstrekkingen van opioïde pijnstillers via de apotheek: Slaap- en kalmeringsmiddelen: Verstrekkingen van slaap- en kalmeringsmiddelen via de apotheek.

Gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen hoger onder vrouwen

In 2024 was het percentage volwassenen dat in het laatste jaar slaap- of kalmeringsmiddelen had gebruikt hoger onder vrouwen dan onder mannen. Ook het gebruik in de laatste maand was hoger onder vrouwen dan onder mannen.

Geen verschil in gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept tussen mannen en vrouwen

In 2024 was er geen verschil in het percentage volwassen dat slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept gebruikte (laatste maand en laatste jaar).

Gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen komt het meest voor onder 50-plussers

In 2024 was het laatste-jaar-gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen hoger onder 50-plussers (10,5%) dan onder 18-29-jarigen (7,9%). Het gebruik onder 30-49-jarigen (9,2%) verschilde niet significant van de andere leeftijdsgroepen. Het laatste- maand-gebruik was het hoogst onder 50-plussers, daarna neemt het gebruik af met de leeftijd.

Een ander patroon werd gezien bij het laatste-jaar-gebruik (ook) zonder recept, dat was juist lager onder 50-plussers (3,0%) dan onder 18-29-jarigen (4,0%). Het gebruik onder 30-49-jarigen (3,6%) verschilde niet significant van de andere leeftijdsgroepen. Er was geen verschil in het laatste-maand-gebruik (ook) zonder recept tussen de leeftijdsgroepen.

Gebruikers van slaap- of kalmeringsmiddelen zijn gemiddeld 51,8 jaar oud

De gemiddelde leeftijd van de volwassenen die in het laatste jaar slaap- of kalmeringsmiddelen hebben gebruikt was 51,8 (SD = 19,1) jaar in 2024. De gemiddelde leeftijd van de volwassenen die in het laatste jaar deze middelen (ook) zonder recept hebben gebruikt was 47,3 (SD = 19,0) jaar.

Laatste-jaar-gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen hoogst onder volwassenen met een opleiding op het basisonderwijs, lbo, mavo, vmbo of mbo niveau 1, gebruik (ook) zonder recept is juist het laagst in deze groep

In 2024 waren het laatste-jaar- en laatste-maand-gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen het hoogst onder volwassenen met een opleiding op het niveau van het basisonderwijs, lbo, mavo, vmbo of mbo niveau 1 en het laagst onder volwassenen met een hbo- of universitaire opleiding.

Het laatste-jaar-gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept was juist lager onder volwassenen met een opleiding op basisonderwijs, lbo, mavo, vmbo of mbo niveau 1 dan de andere opleidingsniveaus. Er was geen verschil in het laatste-maand-gebruik (ook) zonder recept tussen de opleidingsniveaus.

Geen verschil in het gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen tussen herkomstgroepen

In 2024 was er geen verschil in het laatste-jaar- en laatste-maand-gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen tussen herkomstgroepen. Ook het laatste-jaar- en laatste-maand-gebruik (ook) zonder recept verschilde niet tussen herkomstgroepen.

Laatste-jaar-gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen is het hoogst onder volwassenen die wonen in (zeer) sterk stedelijke gebieden

In 2024 was het laatste-jaar-gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen het hoogst onder volwassenen die wonen in (zeer) sterk stedelijke gebieden en het laagst onder volwassenen in weinig/niet stedelijke gebieden. Het laatste-jaar-gebruik onder volwassenen in matig stedelijke gebieden zat hier tussenin maar verschilde niet significant van de andere stedelijkheidsniveaus. Hetzelfde patroon zien we bij het laatste-jaar-gebruik (ook) zonder recept.

Er was geen verschil in het laatste-maand-gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen tussen de stedelijkheidsniveaus, hetzelfde geldt voor het laatste-maand-gebruik (ook) zonder recept.

Landelijke cijfers over middelengebruik onder volwassenen

Landelijke prevalentiecijfers over middelengebruik onder volwassenen worden verzameld in de Leefstijlmonitor. De Leefstijlmonitor bestaat uit meerdere bronnen. Voor drugs gaat het om de Gezondheidsenquête (GE) en de Aanvullende Module Middelen (LSM-A Middelen). Beide onderzoeken zijn representatief voor de volwassen Nederlandse bevolking. Zie voor meer informatie: Bijlage A.

Verdiepende gegevens over middelengebruik komen uit de Aanvullende Module Middelen (LSM-A Middelen). De LSM-A Middelen is een aparte verdiepende vragenlijst die sinds 2016 om de twee jaar wordt uitgezet. De vragenlijsten worden meestal digitaal afgenomen, maar ook via een (telefonisch) interview. Bij het persoonlijke interview vullen deelnemers gevoelige vragen over bijvoorbeeld drugsgebruik zelf in via een computer. De LSM-A Middelen bevat naast de vragen over de middelen die in de GE worden meegenomen ook vragen over middelen zoals truffels, nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) en psychoactieve medicatie. Daarnaast worden sommige drugs, zoals cocaïne en crack, apart uitgevraagd, terwijl deze in de GE onder één categorie vallen. Ook worden aanvullende vragen gesteld over gebruiksfrequentie, aankooplocaties, gezondheidsproblemen en hulpzoekgedrag. In 2024 vulden 10.085 volwassenen van 18 jaar en ouder de vragenlijst van de LSM-A Middelen in.

Aanvullende informatie

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2025. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.