In het kort: Het percentage laatste-jaar-gebruikers lag in 2020 hoger onder vrouwen en onder laagopgeleiden.
Snel naar:
De cijfers over het gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen kunnen worden uitgesplitst naar geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, migratieachtergrond en stedelijkheid.
Geslacht
Anders dan bij het alcohol- en drugsgebruik, ligt het gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen hoger onder vrouwen dan onder mannen.
- In 2020 had van de vrouwen van 18 jaar en ouder 24,0% ooit slaap- of kalmeringsmiddelen gebruikt, vergeleken met 14,9% van de mannen. Het gebruik in het afgelopen jaar lag bij de vrouwen op 12,1% en bij de mannen op 6,3% (zie onderstaande tabel).
- Dat vrouwen vaker gebruiken dan mannen, geldt eveneens voor het gebruik (ook) zonder recept. Hier lag het gebruik in het afgelopen jaar bij de vrouwen op 3,9% en bij de mannen op 2,5%.
- Binnen de groep laatste-jaar-gebruikers is het gebruik van de medicijnen zonder doktersrecept toegenomen onder mannen van 31,0% naar 40,0%.
Leeftijd
Van de 40-plussers heeft in 2020 ongeveer een op de vijf ooit slaap- of kalmeringsmiddelen gebruikt, vergeleken met ongeveer een op de acht onder de 18-19-jarigen (zie onderstaand figuur).
- Voor het gebruik (ook) zonder recept zijn er geen statistisch significante verschillen gevonden tussen de leeftijdsgroepen.
- De gemiddelde leeftijd van mensen die in het afgelopen jaar slaap- of kalmeringsmiddelen gebruikten was 53,8 jaar.
Figuur 10.2.1 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen in de bevolking van 18 jaar en ouder, naar leeftijdsgroep. Peiljaar 2020
Figuur 10.2.2 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept in de bevolking van 18 jaar en ouder, naar leeftijdsgroep. Peiljaar 2020
Opleidingsniveau
Onderstaande tabel toont het gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen in het algemeen (met en zonder recept), naar opleidingsniveau. Laagopgeleide personen hebben in 2020 in het afgelopen jaar bijna twee keer zo vaak slaap- of kalmeringsmiddelen gebruikt vergeleken met hoogopgeleiden, 12,1% tegenover 6,6%.
Tabel 10.2.2 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen in de bevolking van 18 jaar en ouder naar opleidingsniveau.
Onderstaande tabel toont specifiek het gebruik van slaap- of kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept. Hiervan ligt het gebruik voor alle opleidingsniveaus gelijk.
Tabel 10.2.3 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept in de bevolking van 18 jaar en ouder naar opleidingsniveauI. Peiljaar 2020
Migratieachtergrond
Mensen met een Nederlandse achtergrond hebben in 2020 vaker ervaring gehad met slaap- of kalmeringsmiddelen dan mensen met een niet-Westerse migratieachtergrond, 20,2% tegenover 16,3% (zie onderstaande tabel). Dit verschil verdwijnt bij de maten voor meer recent gebruik: in het laatste jaar of in de laatste maand. Er zijn geen verschillen gevonden tussen mensen met verschillende migratieachtergronden in het gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept.
Tabel 10.2.4 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen in de bevolking van 18 jaar en ouder naar migratieachtergrondI. Peiljaar 2020
Tabel 10.2.5 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept in de bevolking van 18 jaar en ouder naar migratieachtergrondI. Peiljaar 2020
Stedelijkheid
Slaap- of kalmeringsmiddelen worden in 2020 vaker gebruikt in (zeer) sterk stedelijke gebieden (20,7%) dan in weinig of niet stedelijke gebieden (17,5%). Matig stedelijke gebieden liggen hier tussenin (zie onderstaande tabellen). Dit geldt voor het gebruik in het algemeen en het gebruik (ook) zonder een doktersrecept. Op het niveau van het laatste-maand-gebruik zijn er geen verschillen meer zichtbaar.
Tabel 10.2.6 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen in de bevolking van 18 jaar en ouder naar stedelijkheidI. Peiljaar 2020
Tabel 10.2.7 Gebruik van slaap- en kalmeringsmiddelen (ook) zonder recept in de bevolking van 18 jaar en ouder naar stedelijkheidI. Peiljaar 2018
Frequentie van gebruik
Van de laatste-jaar-gebruikers van slaap- of kalmeringsmiddelen van 18 jaar en ouder had 9,4% in 2020 één keer gebruikt, had 23,3% een paar keer gebruikt maar minder dan maandelijks, had 7,8% één keer per maand gebruikt, had 17,4% twee tot vier keer per maand gebruikt, had 11,6% twee tot drie keer per week gebruikt en had 30,5% vier of meer keer per week gebruikt (zie onderstaand figuur).
Aanvullende informatie
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2023. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.