HomeBijlagenB1. Scholierenonderzoeken (Peilstationsonderzoek Scholieren, HBSC en ESPAD)

B1. Scholierenonderzoeken (Peilstationsonderzoek Scholieren, HBSC en ESPAD)

Het middelengebruik onder scholieren wordt in verschillende landelijke onderzoeken in kaart gebracht. In de Nationale Drug Monitor worden de gegevens uit het Peilstationsonderzoek Scholieren, het Health Behaviour in School-aged Children (HBSC)-onderzoek en het European School Project on Alcohol and other Drugs (ESPAD)-onderzoek gerapporteerd.

Leefstijlmonitor Jeugd

Kerncijfers over het gebruik van middelen onder scholieren in het regulier onderwijs van 12 tot en met 16 jaar worden om de twee jaar alternerend verzameld via het Peilstationsonderzoek Scholieren en via het Health Behaviour in School-aged Children (HBSC)-onderzoek. Beide studies leveren landelijke representatieve gegevens over het middelengebruik van scholieren. Vanaf 2014 zijn de studies onderdeel van de Leefstijlmonitor Jeugd (LSM) en leveren de landelijke kerngegevens over middelengebruik en seksueel gedrag van jongeren in de leeftijd van 12 t/m 16 jaar. Daarnaast levert het Peilstationsonderzoek in het kader van de LSM de verdiepende gegevens over het gebruik van genotmiddelen (alcohol, tabak en drugs). 

Beide onderzoeken worden afgenomen onder scholieren (12-16 jaar) van alle klassen van het regulier voortgezet onderwijs bestaande uit VMBOHAVO en VWO. Sinds de meting van 2017 zijn het HBSC-onderzoek en het Peilstationsonderzoek zo goed mogelijk op elkaar afgestemd wat betreft de steekproeftrekking, vragen over middelengebruik en analyses. Hierdoor kunnen goede vergelijkingen worden gemaakt over de jaren heen, zodat de trends in het middelengebruik onder scholieren in kaart kunnen worden gebracht.

De gegevens worden verzameld met behulp van een anonieme vragenlijst (sinds 2015 digitaal) die wordt afgenomen in de klas onder begeleiding van een medewerker van het Trimbos-instituut of GGD.

Peilstationsonderzoek Scholieren

Het Peilstationsonderzoek Scholieren is een landelijk onderzoek naar het gebruik van alcohol, tabak en drugs. Het onderzoek wordt uitgevoerd in groepen 7 en 8 van het basisonderwijs en in alle leerjaren (1 t/m 6) van het regulier voortgezet onderwijs. Het onderzoek is voor het eerst uitgevoerd in 1984. Sinds 2003 worden scholen en klassen willekeurig geselecteerd en is sprake van een representatieve steekproef (naar schooltype, leerjaar, leeftijd, geslacht en stedelijkheid) ​[1]​.

In de peiling van 2019 werd in het Peilstationsonderzoek Scholieren gevraagd naar het gebruik van alcohol, tabak, cannabis, ecstasy, cocaïne, amfetamine, ‘enige harddrug (ecstasy, cocaïne, amfetamine, heroïne, crack, GHB of LSD), paddo’s en lachgas (zie bovenstaande tabel).

Sinds 2007 worden ook bij ouders gegevens verzameld over hun opvoedgedrag en hun gedachten over middelengebruik door hun kind en jongeren in het algemeen.

Gelijktijdig met het Peilstationsonderzoek vindt ook het internationaal vergelijkende ESPAD-onderzoek plaats onder 15-16-jarigen (zie hieronder).

Meer informatie over het onderzoek en de onderzoeksmethode is te vinden in het meest recente rapport van het Peilstationsonderzoek.

HBSC

Sinds 2001 wordt het Health Behaviour in School-aged Children (HBSC)-onderzoek om de vier jaar uitgevoerd door de Universiteit Utrecht, het Trimbos-instituut en het Sociaal en Cultureel Planbureau. Het onderzoek wordt uitgevoerd onder leerlingen van groep 8 van het basisonderwijs en het regulier voortgezet onderwijs (t/m 2013 in leerjaar 1 t/m 4, vanaf 2017 in leerjaar 1 t/m 6). Het HBSC-onderzoek levert landelijke representatieve gegevens over de gezondheid en het welzijn van scholieren en bevat een beperkt aantal vragen naar middelengebruik ​[2]​.

In vergelijking met het Peilstationsonderzoek Scholieren worden minder drugs ‘uitgevraagd’: in de peiling van 2021 alleen alcohol, tabak, cannabis, ecstasy en lachgas (zie bovenstaande tabel). In het basisonderwijs worden vragen over drugs niet gesteld.

In 2021 zijn bij ouders gegevens verzameld over hun opvoedgedrag en hun gedachten over middelengebruik door hun kind en jongeren in het algemeen. Deze gegevens zijn vergelijkbaar met die van het onderzoek onder ouders die in het kader van het Peilstationsonderzoek Scholieren worden verzameld.

Meer informatie over het onderzoek en de onderzoeksmethode is te vinden in het meest recente rapport van het HBSC-onderzoek.

European School Project on Alcohol and other Drugs (ESPAD)

ESPAD (European School Project on Alcohol and other Drugs) is een internationale studie naar middelengebruik bij scholieren in het regulier onderwijs in de leeftijd van 15-16 jaar (www.espad.org). In elk land worden de gegevens verzameld met behulp van een standaardvragenlijst en volgens eenzelfde methode waardoor de resultaten van de deelnemende landen onderling goed vergelijkbaar zijn. Het onderzoek vindt sinds 1995 iedere vier jaar plaats, momenteel in ongeveer vijfendertig landen ​[3]​. Nederland neemt sinds 1999 deel aan ESPAD. De dataverzameling in Nederland vindt tegelijkertijd met het Peilstationsonderzoek scholieren plaats.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    Rombouts M, Van Dorsselaer S, Scheffers-van Schayck T, Tuithof M, Kleinjan M, Monshouwer K. Jeugd en riskant gedrag 2019: Kerngegevens uit het Peilstationsonderzoek Scholieren. Utrecht: Trimbos-instituut; 2020.
  2. 2.
    Boer M, Van Dorsselaer S, De Looze M, De Roos S, Brons H, Van den Eijnden R, et al. HBSC 2021: Gezondheid en welzijn van jongeren in Nederland. Universiteit Utrecht; 2022.
  3. 3.
    Molinaro S, Vicente J, Benedetti E, Cerrai S, Colasante E, Arpa S, et al. ESPAD report 2019: Results from the European School Survey Project on Alcohol and Other Drugs. Luxembourg: Publications Office of the European Union; 2020.

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2024. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.