- In 2021 werd, net als in 2020, iets minder dan de helft van de verdachten van een Opiumwetdelict door het Openbaar Ministerie (OM) voor de rechter gebracht, dat wil zeggen: zij zijn door het OM gedagvaard. Dat is minder dan in de jaren daarvoor (2012-2018).
- Het aandeel dagvaardingen in het totaal van door het OM behandelde misdrijfzaken steeg daarentegen licht in 2021 (van 45% in 2020 naar 47% in 2021). Dit volgt op een daling in 2020, die strookte met de afspraken tussen het OM en de rechtspraak in 2020 om de druk op de zittingscapaciteit te verlichten. Vanwege de coronamaatregelen hebben in maart-mei 2020 nagenoeg geen zittingen plaatsgevonden, waardoor de voorraad strafzaken voor behandeling op zitting snel opliep. Daardoor zijn zaken door het OM opnieuw beoordeeld en in toenemende mate door het OM zelf afgedaan [1–4]. Het stijgende aandeel dagvaardingen in 2021 is mogelijk het gevolg van de inhaalslag die door de rechtspraak dat jaar is gemaakt om de voorraad strafzaken voor behandeling op zitting terug te brengen, blijkt uit de duidingssessie van 2022 [5].
- Het aandeel transacties bedroeg 1,5% in 2021. Dit is ongeveer vergelijkbaar met het percentage in 2020 maar aanzienlijk lager dan in de jaren daarvoor. Door de opkomst van de strafbeschikking daalde dit aandeel sinds 2012. Meestal gaat het om financiële transacties (ofwel ‘geldsomtransacties’), maar ook vergoeding van schade en taakstraffen vallen hieronder.
- Het aandeel beleidssepots is in 2021 gedaald naar 10%, wat het aandeel weer in lijn brengt met het aandeel in de periode 2014-2018. De afname van het aandeel beleidssepots in 2021 is voornamelijk toe te schrijven aan een daling van onvoorwaardelijke beleidssepots. De tussentijdse stijging van het aandeel beleidssepots in 2020 is mogelijk toe te schrijven aan de coronamaatregelen. Tussen 17 maart en 11 mei 2020 hebben vanwege de maatregelen geen rechtszittingen plaatsgevonden waardoor een werkvoorraad is ontstaan. Het OM heeft toen tijdelijk beleid gevoerd dat erop gericht was de beperkte zittingscapaciteit te sparen door, wanneer mogelijk, relatief eenvoudige zaken met een strafbeschikking af te doen of deze te seponeren.
- In 2021 is het aandeel technische sepots op 23% gestabiliseerd (in vergelijking met de twee jaar ervoor). In 2019 was het aandeel technische sepots bijna verdubbeld ten opzichte van 2018. De aanzienlijke stijging van de technische sepots werd veroorzaakt doordat het OM sinds 2019 alle sepotbeslissingen, waaronder technische sepots, vastlegt in de eigen registratiesystemen en dat alle sepotbeslissingen sindsdien in de uitstroom meegeteld werden. In 2013 tot 2019 registreerde het OM de (technische) sepotbeslissingen ook, maar vond die registratie plaats in het politiesysteem BOSZ (Betere Opsporing door Sturing op Zaken) [6,7]. Voegingen kwamen in de afgelopen tien jaar betrekkelijk weinig voor (< 1%) en dit aandeel daalde sinds 2012.
- Het aandeel strafbeschikkingen bleef met 15% in 2021 relatief stabiel. Sinds 2013 schommelt het aandeel strafbeschikkingen rond de 14%.
Afdoening OM in Opiumwetzaken, 2012-2021I, in % [Figuur 16.4.7]
De cijfers over de verschillende typen afdoeningen door het OM verschilden sinds 2019 op het eerste gezicht voor harddrugszaken, softdrugszaken en zaken met zowel hard- als softdrugs. Deze verschillen worden echter vertekend door een wijziging in de manier van registreren. Het OM registreert sinds 2019 alle sepotbeslissingen in de eigen systemen en beschouwt ze als uitstroom. Het aandeel technische sepots nam daardoor met tien procentpunten toe.
- Harddrugszaken werden, evenals in de voorgaande jaren, ook in 2021 vaker gedagvaard dan softdrugszaken. De daling van het aandeel dagvaardingen door het OM bij harddrugszaken in 2019 en 2020 kan vanwege de hierboven genoemde gewijzigde registratiesystematiek bij het OM duiden op een stabilisatie ten opzichte van 2018. Bij softdrugszaken lijkt er een daling van het aandeel dagvaardingen te zijn, die niet volledig aan het gewijzigde registratiebeleid kan worden geweten: van 50% in 2018 naar 36% in 2021. Het aandeel dagvaardingen was in 2021 opnieuw het hoogst bij zaken met een combinatie van hard- én softdrugs (71%). Dit is vergelijkbaar met 2020 (70%) maar lager dan in de voorgaande jaren. Als we de doorwerking van het gewijzigde registratiebeleid (meer technische sepots) in dit beeld meenemen, zou deze daling feitelijk een lichte stijging impliceren.
Aandeel dagvaardingen in Opiumwetzaken OM, naar harddrugs, softdrugs en hard- en softdrugsI, 2012-2021, in % [Figuur 16.4.8]
- De toename van technische sepots bleek bij zowel harddrugszaken als softdrugszaken en gecombineerde zaken zichtbaar. Zoals hierboven besproken lag hier de registratiewijziging van sepotbeslissingen bij het OM aan ten grondslag: het OM registreert sinds 2019 alle sepotbeslissingen in de eigen registratiesystemen en beschouwt ze als uitstroom. Technische sepots kwamen in 2021, net als de tien jaar daarvoor, het meest voor in softdrugszaken (27%). In 2021 was dit aandeel bij harddrugszaken 22% en bij zaken met hard- en softdrugs 9%. Voor zowel softdrugszaken als harddrugszaken en gecombineerde zaken is het aandeel technische sepots in 2021 vergelijkbaar met 2020 (niet in figuur).
- Het aandeel strafbeschikkingen van het OM was in 2021 het hoogste bij softdrugszaken (19%). Dit is een kentering ten opzichte van de afgelopen tien jaar toen het aandeel bij harddrugszaken het grootste was. Bij softdrugszaken was in 2020 het aandeel strafbeschikkingen 16%. Bij harddrugszaken was in 2021 (net als in 2020) het aandeel 12%. In 2021 was bij gecombineerde drugszaken het aandeel strafbeschikkingen 11%, dat was 10% in 2020 (niet in figuur).
- Het aandeel beleidssepots – voorwaardelijke plus onvoorwaardelijke – was ook in 2021 het hoogst bij softdrugszaken (12%), gevolgd door harddrugszaken (10%). Bij gecombineerde drugszaken was dit het laagst (5%) (niet in figuur).
Aanvullende informatie
Bronnen
- 1.Meijer RF, Moolenaar DEG, Choenni R, Van den Braak SW. Criminaliteit en rechtshandhaving 2020: Ontwikkelingen en samenhangen. Den Haag: WODC; 2021 p. 1–190. (Cahier 2021-22).
- 2.Kamerstukken II, 2952497 [Internet]. 2020. Available from: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2020/06/25/tk-contouren-aanpak-achterstanden-strafrechtketen
- 3.Kamerstukken II, 3026347 [Internet]. 2020. Available from: https://www.rijksoverheid.nl/binaries/rijksoverheid/documenten/kamerstukken/2020/09/18/tk-vervolg-aanpak-corona-achterstanden-strafrechtketen/tk-vervolg-aanpak-corona-achterstanden-strafrechtketen.pdf
- 4.Tijdelijke algemene regeling zaaksbehandeling Rechtspraak. Preambule. [Internet]. 2021. Available from: https://www.rechtspraak.nl/coronavirus-(COVID-19)/Paginas/COVID-19-tijdelijke-algemene-regeling-zaaksbehandeling-Rechtspraak.aspx#urgentezaken
- 5.Regioplan . Notitie opbrengsten groepsgesprekken. ; 2022 p. 1–6.
- 6.OM . Jaarbericht 2019. Den Haag: OM; 2020.
- 7.Meijer RF, Van den Braak SW, Choenni R. Criminaliteit en rechtshandhaving 2019: Ontwikkelingen en samenhangen. Den Haag: WODC; 2020 p. (Cahier 2020-16).
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2023. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.