HomeAmfetamine7.4 Problematisch gebruik

7.4 Problematisch gebruik

Snel naar:

Gegevens over hoog-risico gebruik van amfetamine onder volwassenen zijn afkomstig van de tweejaarlijkse Aanvullende Module Middelen van de Leefstijlmonitor (LSM-A). Ook worden gegevens uit de Monitor Drugsincidenten gebruikt om het gecombineerd gebruik van amfetamine en andere middelen inzichtelijk te maken (zie § 7.6.2). Het rapport ‘Slammen in Nederland’ van Mainline wordt aangehaald om problemen in het gebruik van methamfetamine te beschrijven ​[1]​. Daarnaast geeft ‘Het Grote Uitgaansonderzoek 2020’ informatie over het aantal gebruikers dat zelf vindt dat zij te veel of te vaak gebruiken, of willen stoppen of minderen, een indicatie voor problematisch gebruik ​[2]​.

Definitie problematisch amfetaminegebruik

De term problematisch middelengebruik kent geen uniforme en overeengekomen definitie (zie ‘problematisch gebruik’ in bijlage D). Bij de verschillende definities die in onderzoek en praktijk worden gehanteerd staat echter het volgende aspect centraal, namelijk een gebruikspatroon dat leidt tot lichamelijke, psychische of sociale problemen. Er is voor amfetamine geen schatting van de omvang van problematisch gebruik (bijlage B12). Dat komt onder andere omdat het aantal chronisch harddrugsgebruikers of frequent gebruikers van amfetamine in algemene bevolkingsonderzoeken, zoals de LSM-A of NEMESIS, te klein is om betrouwbare schattingen te kunnen maken. Er is wel een definitie van hoog-risico amfetaminegebruik vastgesteld door het Europese Waarnemingscentrum voor Drugs en Drugsverslaving (EMCDDA) (zie ‘hoog-risico gebruik’ hieronder).

Hoog-risico gebruik

Het Europese Waarnemingscentrum voor Drugs en Drugsverslaving (EMCDDA) geeft geen definitie van problematisch gebruik, maar wel een definitie van een hoog-risico gebruiker. In deze definitie wordt iemand die wekelijks of vaker amfetamine gebruikt als hoog-risico gebruiker aangemerkt ​[3]​.

  • Uit de LSM-A Middelen 2020 (zie § 7.2.3) bleek dat 8,4% van de laatste-jaar-gebruikers (1,2%) van amfetamine eens per week of vaker gebruikte. Deze gebruiksfrequentie wordt gezien als een risicofactor voor het ontwikkelen van problemen in het gebruik van amfetamine.
  • De LSM-A Middelen 2020 (zie § 7.2.3) liet zien dat van de laatste-jaar-gebruikers 10,2% amfetamine gebruikte op zowel doordeweekse dagen als in het weekend. Het gebruik van amfetamine op zowel doordeweekse dagen als in het weekend is een risicofactor voor mogelijk problematisch gebruik.

Amfetamine als combinatiemiddel

Uit de Monitor Drugsincidenten blijkt dat bij incidenten met amfetamine, in vergelijking met andere drugs het vaakst sprake is van een mengintoxicatie, amfetamine wordt dus het vaakst van alle middelen gecombineerd met een andere middel ​[4]​. Ook uit internationale literatuur blijkt dat amfetamine regelmatig gecombineerd wordt met andere middelen ​[5]​. Het gebruik van amfetamine kan, net als het gebruik van andere amfetamine-achtigen, kan leiden tot cardiovasculaire complicaties zoals cardiomyopathie of beroertes ​[6,7]​. Maar ook andere combinaties kunnen risico’s met zich meebrengen, zo kan het combineren van amfetamine met psychedelica de kans op angst en paniekaanvallen verhogen.

Acute gezondheidsproblemen

Acute gezondheidsincidenten ten gevolge van het gebruik van amfetamine worden beschreven in § 7.6.2.

Ziekte en sterfte

Een uitgebreide beschrijving van de psychische en lichamelijke risico’s ten gevolge van amfetamine staan beschreven in § 7.7.1. In § 7.7.2 wordt stilgestaan bij sterfte ten gevolge van amfetamine.

Problematisch amfetaminegebruik en ADHD

Uit onderzoek blijkt dat ADHD het risico vergroot op problematisch middelengebruik, waaronder problematisch amfetaminegebruik. Mogelijk gebruikt een deel van de problematisch amfetaminegebruikers om symptomen van (ongediagnosticeerde) ADHD te reguleren . De werkingsmechanismen van amfetamine en ADHD-medicijnen, zoals methylfenidaat of dexamfetamine, zijn gelijksoortig, zij grijpen op dezelfde wijze in op de hersenen.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    Knoops L, Van de Poll S, Albers T. Slammen in Nederland: het injecteren van drugs in een seksuele setting. Mainline; 2021.
  2. 2.
    Monshouwer K, Van Miltenburg CJA, Van Beek RJJ, Den Hollander W, Schouten F, Blankers M, et al. Het Grote Uitgaansonderzoek 2020: Uitgaanspatronen, middelengebruik, gezondheid en intentie tot stoppen of minderen onder uitgaande jongeren en jongvolwassenen. Utrecht: Trimbos-instituut; 2021.
  3. 3.
    EMCDDA. European Drug Report 2014: Data and statistics [Internet]. High risk drug use — an overview of the methods and definitions used. 2014. Available from: https://www.emcdda.europa.eu/data/2014/methods-hrdu
  4. 4.
    Schürmann L, Croes E, Vercoulen E, Valkenberg H. Monitor drugsincidenten: Factsheet 2020. Utrecht: Trimbos-instituut; 2021.
  5. 5.
    Quek LH, Chan GCK, White A, Connor JP, Baker PJ, Saunders JB, et al. Concurrent and Simultaneous Polydrug Use: Latent Class Analysis of an Australian Nationally Representative Sample of Young Adults. Vol. 1, Frontiers in Public Health. 2013. p. 1–9.
  6. 6.
    Jafari Giv M. Exposure to Amphetamines Leads to Development of Amphetamine Type Stimulants Associated Cardiomyopathy (ATSAC). Vol. 17, Cardiovascular Toxicology. Springer US; 2017. p. 13–24.
  7. 7.
    Westover AN, McBride S, Haley RW. Stroke in young adults who abuse amphetamines or cocaine: A population-based study of hospitalized patients. Vol. 64, Archives of General Psychiatry. 2007. p. 495–502.

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2024. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.