HomeCocaïne4.3.2 Demografische kenmerken scholieren regulier onderwijs

4.3.2 Demografische kenmerken scholieren regulier onderwijs

In het kort: In het voortgezet onderwijs hebben meer jongens dan meisjes ervaring met cocaïnegebruik, maar in het laatste-maand-gebruik zien we geen verschillen. Cocaïnegebruik hangt samen met leeftijd en schoolniveau.

Snel naar:

Kerncijfers over het gebruik van middelen onder scholieren (12-16 jaar) worden om de twee jaar alternerend verzameld in het Peilstationsonderzoek scholieren (zie bijlage B1) en de Health Behaviour in School-aged Children (HBSC)-studie. Dit jaar zijn de kerncijfers gebaseerd op het Peilstationsonderzoek uitgevoerd in 2019. De HBSC-studie vraagt echter niet naar het gebruik van cocaïne, waardoor cijfers over het gebruik van cocaïne alleen in de jaren dat het Peilstationsonderzoek is uitgevoerd, beschikbaar zijn.

Geslacht

In 2019 hadden meer jongens (1,4%) dan meisjes (0,9%) ooit cocaïne gebruikt. Dit geldt ook voor het ooitgebruik van ecstasy, amfetamine en paddo’s. Er waren geen statistisch significante verschillen voor het laatste-maand-cocaïnegebruik ​[1]​.

Leeftijd

Het gebruik van cocaïne neemt toe met de leeftijd. In 2019 had 0,5% van de 12-jarigen ervaring met cocaïne; op 16-jarige leeftijd was dat 1,5%. Voor het laatste-maand-gebruik waren deze percentages respectievelijk 0,3% (12 jaar) en 1,2% (16 jaar) ​[1]​.

Figuur 4.3.2 Gebruik van cocaïne onder scholieren van 12-16 jaar van het voortgezet onderwijs naar leeftijd. Peiljaar 2019.

Schoolniveau

Het percentage leerlingen dat ooit cocaïne heeft gebruikt, is het laagst op het VWO. Dit geldt ook voor het laatste-maand-gebruik ​[1]​.

Tabel 4.3.2           Gebruik van cocaïne onder scholieren van het voortgezet onderwijs van 12-16 jaar naar schoolniveau. Peiljaar 2019.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    Rombouts M, Van Dorsselaer S, Scheffers-van Schayck T, Tuithof M, Kleinjan M, Monshouwer K. Jeugd en riskant gedrag 2019: Kerngegevens uit het Peilstationsonderzoek Scholieren. Utrecht: Trimbos-instituut; 2020.

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2024. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.