In het kort: In het voortgezet onderwijs hebben meer jongens dan meisjes ervaring met cocaïnegebruik, maar in het laatste-maand-gebruik zien we geen verschillen. Cocaïnegebruik hangt samen met leeftijd en schoolniveau.
Snel naar:
Geslacht
In 2019 hadden meer jongens (1,4%) dan meisjes (0,9%) ooit cocaïne gebruikt. Dit geldt ook voor het ooitgebruik van ecstasy, amfetamine en paddo’s. Er waren geen statistisch significante verschillen voor het laatste-maand-cocaïnegebruik [1].
Leeftijd
Het gebruik van cocaïne neemt toe met de leeftijd. In 2019 had 0,5% van de 12-jarigen ervaring met cocaïne; op 16-jarige leeftijd was dat 1,5%. Voor het laatste-maand-gebruik waren deze percentages respectievelijk 0,3% (12 jaar) en 1,2% (16 jaar) (zie onderstaande figuur) [1].
Figuur 4.3.2 Gebruik van cocaïne onder scholieren van 12-16 jaar van het voortgezet onderwijs naar leeftijd. Peiljaar 2019.
Schoolniveau
Het percentage leerlingen dat ooit cocaïne heeft gebruikt, is het laagst op het VWO. Dit geldt ook voor het laatste-maand-gebruik [1].
Tabel 4.3.2 Gebruik van cocaïne onder scholieren van het voortgezet onderwijs van 12-16 jaar naar schoolniveau. Peiljaar 2019.
Aanvullende informatie
Bronnen
- 1.Rombouts M, Van Dorsselaer S, Scheffers-van Schayck T, Tuithof M, Kleinjan M, Monshouwer K. Jeugd en riskant gedrag 2019: Kerngegevens uit het Peilstationsonderzoek Scholieren. Utrecht: Trimbos-instituut; 2020.
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2023. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.