13.2.1 Kerncijfers en trends volwassen bevolking
Let op: Er zijn nieuwe kerncijfers over lachgasgebruik in 2023, deze zijn te vinden in de Kerncijfertabel Gezondheidsenquête. De gegevens worden later dit jaar verwerkt in de paragrafen, wanneer ook de aanvullende analyses en significantie toetsen zijn uitgevoerd.
In het kort: In 2022 had 1,3% in de bevolking van 18 jaar en ouder in het afgelopen jaar lachgas gebruikt, dit komt neer op 180 duizend volwassenen. In 2020 en 2021 daalde het laatste-jaar-gebruik van lachgas. In 2022 lijkt het laatste-jaar-gebruik verder te zijn gedaald, maar het verschil tussen 2021 en 2022 is niet statistisch significant.
Snel naar:
Kerncijfers 2022
- In 2022 had 7,3% van de bevolking van 18 jaar en ouder ooit lachgas gebruikt. Dat komt neer op 1,0 miljoen volwassenen.
- Ongeveer een op de honderd (1,3%) volwassenen had in het afgelopen jaar lachgas gebruikt. Dat komt neer op 180 duizend volwassenen.
- Naar schatting had 0,2% van de volwassen in de afgelopen maand lachgas gebruikt. Dat komt neer op 30 duizend volwassenen.
Tabel 13.2.1 Percentage en absoluut aantal lachgasgebruikers in de bevolking van 18 jaar en ouder. Peiljaar 2020
Trends in lachgasgebruik
- Het percentage volwassenen dat ervaring heeft met lachgas is tussen 2021 (7,9%) en 2022 (7,3%) ongeveer gelijk gebleven.
- In vergelijking met 2018 (2,7%) en 2019 (3,2%) is het laatste-jaar-gebruik van lachgas in 2022 meer dan gehalveerd (1,3%).
- In 2020 en 2021 daalde het laatste-jaar-gebruik van lachgas. In 2022 lijkt het laatste-jaar-gebruik verder te zijn gedaald, maar het verschil tussen 2021 (1,6%) en 2022 (1,3%) is niet statistisch significant.
- Het laatste-jaar-gebruik van lachgas daalde tussen 2021 en 2022 alleen onder 30-49-jarigen van 1,1% naar 0,5%. In de andere leeftijdscategorieën bleef het gebruik ongeveer gelijk.
- Tussen 2021 en 2022 daalde het laatste-maand-gebruik van lachgas onder volwassenen van 0,7% naar 0,2%.
Figuur 13.2.1 Gebruik van lachgas in de bevolking van 18 jaar en ouder vanaf 2018, naar geslacht
Aanvullende informatie
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2024. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.