HomeWetgeving, beleid en preventie2.1.5 Beleid ter bestrijding van drugsgerelateerde criminaliteit

2.1.5 Beleid ter bestrijding van drugsgerelateerde criminaliteit

2.1.5.1 De bestrijding van drugsdelicten

Zie voor meer informatie ook § 16.2

Ondermijnende criminaliteit

Politie en justitie geven bij de opsporing en vervolging van Opiumwetdelicten (de illegale productie, smokkel, handel en bezit van stoffen die op lijst I of lijst II van de Opiumwet staan) prioriteit aan de grootschalige en georganiseerde drugsproductie en –handel in relatie tot heroïne, cocaïne, synthetische drugs en cannabis/hennepteelt ​[1]​.

  • Het beleid inzake de bestrijding van deze illegale drugsindustrie maakt in toenemende mate onderdeel uit van de bestrijding van de ‘georganiseerde ondermijnende criminaliteit’,  dat wil zeggen criminaliteit die een bedreiging vormt voor de integriteit van onze samenleving en waarbij vaak verwevenheid is van de onderwereld met de bovenwereld. Het gaat dan niet alleen om productie, vervoer, en verkoop van drugs, en de directe gevolgen daarvan, zoals het gevaar van drugslabs in woonwijken, en het dumpen van giftig chemisch drugsafval in de natuur, maar ook om de ondermijnende werking daarvan zoals het witwassen van de criminele winsten, criminele investeringen in vastgoed, gebruik van geweld in het openbaar, bedreiging en corruptie onder lokale bestuurders.
  • De aandacht wordt behalve op de delicten en de daders in de drugsindustrie ook gericht op de criminele dienstverleners en de onderliggende gelegenheidsstructuren. De zwaarste zaken worden op landelijk niveau opgepakt, maar de meeste zaken worden op regionaal niveau aangepakt. Er wordt gestreefd naar een brede geïntegreerde aanpak met zowel strafrechtelijke opsporing en vervolging als bestuurlijke sancties en fiscale en privaatrechtelijke maatregelen. Verschillende instanties, onder andere het Openbaar Ministerie, de politie, de douane, de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst, de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid, provincies, Koninklijke Marechaussee, de Immigratie- en Naturalisatiedienst, gemeenten en de belastingdienst, werken samen en worden ondersteund door tien Regionale Informatie- en Expertise Centra (RIEC’s), die op hun beurt ondersteund worden door het Landelijk Informatie- en Expertise Centrum (LIEC). Het RIEC-netwerk is landelijk dekkend.
  • Sinds 2017 zijn er meer financiële middelen beschikbaar gekomen. In 2017 is een eenmalige investering van 100 miljoen euro in het Ondermijningsfonds gedaan. Eind 2019 kwam 110 miljoen incidenteel beschikbaar voor een breed offensief tegen ondermijnende criminaliteit. Dit bedrag is vervolgens in het voorjaar van 2020 bijgesteld naar een structurele reeks die oploopt tot €150 mln euro per jaar (vanaf 2022). In het najaar van 2021 is vervolgens voor 2022 524 miljoen euro beschikbaar gesteld, waarvan 434 miljoen structureel ​[2]​. Volgens het Coalitieakkoord 2021-2025 ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’ van 15 december 2021 wordt het beleid aangaande georganiseerde ondermijnende criminaliteit voortgezet en verstevigd. Hiervoor wordt nogmaals 100 mln structureel beschikbaar gesteld.

Breed offensief tegen de georganiseerde ondermijnende criminaliteit (BOTOC)

Om de aanpak verder te versterken is het Ministerie van Justitie en Veiligheid in 2019-2020 gestart met een Breed offensief tegen de georganiseerde ondermijnende criminaliteit (BOTOC) aanvullend op de voortzetting en versterking vanuit het Regeerakkoord dat in de herfst van 2017 gesloten was ​[3]​. De plannen voor het brede offensief werden neergelegd ​[4,5]​ in een Contourenplan en verder uitgewerkt in een brief aan de Tweede Kamer in juni 2020 ​[6]​. Zij behelzen naast bewaking en beveiliging o.a. de inrichting van een multidisciplinair interventie team (MIT), het tegengaan van normalisering van drugsgebruik en preventie van drugsgebruik, en het versterken van maatschappelijk weerbaarheid ​[6]​. De plannen betekenden gedeeltelijk iets nieuws en gedeeltelijk bouwden zij voort op al bestaande diensten.

Hieronder volgt een beschrijving van onderdelen van het BOTOC beleid:

  • Het Multidisciplinair Interventie Team moet een geavanceerd landelijk flexibel team worden dat zich vooral gaat richten op het verzamelen en analyseren van gegevens met betrekking tot criminele netwerken, met als doel hun bedrijfsprocessen te (laten) verstoren ​[6,7]​. In het MIT zijn onder meer financiële, bestuurlijke en digitale expertise aanwezig . In mei 2021 werkten er ongeveer 70 fte; het aantal zal oplopen tot een totaal aantal van 300 a 400 fte eind 2023. Twee teams beginnen met het in kaart brengen van drugsmokkel via (lucht)havens ​[7]​. Naar aanleiding van de verdere uitwerking van de plannen voor het MIT zijn er echter vragen gerezen over de invulling en de positionering ervan ​[8]​.
  • Tegengaan van normalisering van het druggebruik en preventie van druggebruik. Dit is vooral een taak van het Ministerie van VWS wegens risico’s voor de volksgezondheid (zie voor het beleid van het Ministerie van VWS ook § 2.4) maar wordt ook door de Minister van Justitie en Veiligheid benadrukt omdat drugsgebruik de illegale drugsindustrie in stand houdt met alle misstanden die dat met zich mee brengt. Zowel de Minister van Justitie en Veiligheid als de staatssecretaris van VWS vindt dat er een mentaliteitsverandering moet komen ten opzichte van het gebruik van (synthetische) drugs . Dit betreft vooral uitgaansdrugs.
  • De preventieve aanpak van het Ministerie van J&V ​[9]​ aangaande ondermijnende georganiseerde criminaliteit is vooral gericht op (kwetsbare) jongeren en hun leefomgeving (sociaaleconomisch zwakkere wijken) om te voorkomen dat zij bijvoorbeeld al op zeer jeugdige leeftijd geronseld worden voor drugklusjes, en zo in een crimineel netwerk terechtkomen en daar vervolgens carrière in maken ​[6]​. Deze jongeren komen veel te laat in beeld bij instanties, politie en justitie. Het gaat om een lokale aanpak, waarbij verschillende overheidspartners samen werken met private partijen. Het kan daarbij gaan om dadergerichte interventies, inzet van wijkregisseurs maar bijvoorbeeld ook om preventie en voorlichting op scholen. In acht gemeenten met grote ondermijningsproblematiek (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, Arnhem, Eindhoven, Tilburg en Zaanstad) zijn projecten opgestart waarin zij de preventieve ondermijningsaanpak vanuit de lokale behoeften uitwerken. Voor de preventieve en lokale aanpak wordt ook aangesloten bij de gebiedsgerichte aanpak die door de rijksoverheid met met gemeenten wordt ingezet vanuit het interbestuurlijke programma Leefbaarheid en Veiligheid van het Ministerie van BZK ​[6]​ en de ‘doorbraakaanpak Sociale impact Covid-19 voor kwetsbare groepen’ Daarnaast zetten verschillende Regionale Informatie-en Expertisecentra (RIEC’s) in op een aanpak om te voorkomen dat jongeren in de (ondermijnende) criminaliteit terechtkomen of hierin afglijden ​[10]​. Een voorbeeld is het project Straatwaarde(n) ontwikkeld door het RIEC Midden-Nederland. Daarmee wordt geprobeerd te voorkomen dat jongeren in de cocaïnehandel terechtkomen. Dit gebeurt niet alleen door repressie, opsporen en straffen van (potentiele) deelnemers aan de cocaïnehandel in de buurt, maar ook door preventie, het bieden van hulp aan jongeren zodat die een beter alternatief voor hun toekomst hebben dan het criminele pad.
  • Er worden op landelijk en regionaal niveau allerlei nieuwe projecten of versterking van al lopende trajecten gefinancierd. Zie voor een beschrijving daarvan onder andere de brief aan de Tweede Kamer van november 2019 inclusief de bijlage ​[11,12]​. Er zijn projecten die zich richten op de criminele geldstromen, en projecten die zich richten op het transport en logistieke knooppunten, zoals de (lucht)havens ​[13]​. Er zijn bijvoorbeeld  integrale plannen uitgewerkt voor de aanpak van uithalers van drugs, de inzet van technologische hulpmiddelen, het overnemen van risicopanden, beveiliging van terreinen, en het tegengaan van oneigenlijk (toegangs)pasgebruik ​[14]​. Er zijn projecten die zich richten op het vergroten van de weerbaarheid tegen drugscriminaliteit van ondernemers, onder wie boeren ​[15]​.

Ondersteuning BOTOC beleid

  • Ter ondersteuning van het beleid is begin 2018 het Strategisch Beraad Ondermijning (SBO) ingesteld, waaraan landelijke, regionale en lokale partners deelnemen. Het kreeg tot maart 2021 ondersteuning van een aanjaagteam ondermijning (ATO). Daarna zijn de werkzaamheden overgenomen door het Landelijk Informatie-en expertisecentrum (LIEC) en het Programma Directoraat-Generaal Ondermijning (DGO) dat in 2020 bij het Ministerie van J&V opgericht is om de regie te voeren op de integrale aanpak van ondermijnende criminaliteit ​[16]​
  • Er is een ‘Kennisagenda Ondermijning’ (bij DGO) in het leven geroepen, waarbinnen onderzoek zal worden gedaan dat zich vooral zal richten op systematische analyse en praktische toepassing van bestaande wetenschappelijke kennis. Zo wordt via het WODC onderzoek uitgevoerd naar de factoren die het vestigingsklimaat voor drugscriminaliteit in Nederland aantrekkelijk maken voor de productie en doorvoer van drugs. Daarbij wordt ook gekeken naar de factor strafzwaarte ​[17]​. Ook is er een meerjarig multidisciplinair onderzoeksprogramma naar de vraag welke mechanismen er aan bijdragen dat jongeren betrokken raken bij zware en georganiseerde criminaliteit, teneinde handvatten op te leveren om het probleem aan te pakken ​[6]​. Tevens lopen er onderzoeken naar de projecten in gemeenten, om lerend te evalueren en de beste toepassingen in beeld te brengen.
  • In een overzichtsstudie is teruggekeken op het beleid inzake georganiseerde drugscriminaliteit in de jaren 1995-2020, zowel op de keuzes als de implementatie en de effectiviteit van de aanpak ​[18]​. Het onderzoek had als doel het verkrijgen van inzicht in de benadering van georganiseerde drugscriminaliteit en het vinden van aanknopingspunten voor het versterken van het beleid. Het is moeilijk iets te zeggen over de effectiviteit van het beleid. Er zijn heel weinig evaluatiestudies. Er zijn wel cijfers, maar de interpretatie daarvan is lastig omdat de context vaak ontbreekt. Om effect te kunnen meten zouden o.a. doelen geformuleerd moeten worden op beleidsniveau, en niet alleen in termen van het realiseren van activiteiten. De Minister van J&V reageert dat er inmiddels door het inzetten van het breed offensief tegen georganiseerde criminaliteit een meer samenhangende aanpak is. In het verleden is die vaak te naïef, te incidenteel en te versnipperd geweest. Wat betreft een effectmeting wordt er o.a. een haalbaarheidsstudie voorbereid voor een monitor, die expliciet ook gericht zal zijn op het in beeld brengen van effecten van de aanpak van georganiseerde drugscriminaliteit ​[11]​.

Ondermijningswetgeving

Zoals afgesproken in het regeerakkoord van 2017 is er nieuwe speciale ‘Ondermijningswetgeving’. Deze term wordt gebruikt als verzamelnaam voor wetgeving die geheel of mede als doel heeft om juridische knelpunten in de aanpak van georganiseerde en ondermijnende criminaliteit op te lossen, en is niet beperkt tot bestrijding van de illegale drugsindustrie ​[3]​. Hier worden enkele voorbeelden genoemd:

  • De wet ‘Wet herwaardering strafbaarstelling actuele delictsvormen’ is per 1-1-2020 in werking getreden ​[19]​. Hierin wordt een aantal dingen geregeld, zoals het verdubbelen van de strafmaat voor illegaal bezit van automatische vuurwapens, en het verhogen van de strafmaat voor daders die zware delicten plegen in georganiseerd verband (140 Sr).
  • De wet ‘Versterking strafrechtelijke aanpak ondermijnende criminaliteit’ is per 1 januari 2022 grotendeels in werking getreden ​[20,21]​ Hierin worden verschillende zaken geregeld, zoals i) verhoging van de strafmaat voor bedreiging, van twee naar drie jaar gevangenisstraf (per 1-1-2022), ii) een extra strafverhoging voor bedreiging van burgemeesters en andere bestuurders en ‘togadragers’ (rechters, officieren van justitie en advocaten) tot vier jaar gevangenisstraf (per 1 maart 2022) ; iii) voorkomen dat misbruik wordt gemaakt van kwetsbare infrastructurele projecten: de strafbaarstelling van ‘criminele binnendringers’ om beter op te kunnen treden tegen personen die zich onbevoegd toegang verschaffen tot beveiligde terreinen (met name havens en luchthavens, spoorwegemplacementen) om daar (in containers) verstopte drugs op te halen ​[22]​ (per 1 januari 2022) ; iv) een maatregel kostenverhaal, om kosten die ten laste komen van de Staat wegens het vernietigen van inbeslaggenomen goederen, waaronder die afkomstig uit opgerolde drugslabs, te kunnen verhalen op de veroordeelde (nog geen datum inwerkingtreding) ; v) het bestrijden van het importeren, exporteren, voorhanden hebben van precursoren (per 1-1-2022) (zie  § 2.1).
  • Een initiatiefwetsvoorstel om motorbendes,  zogenoemde Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s) bestuursrechtelijk te kunnen verbieden (Wet bestuurlijk verbod ondermijnende organisaties) ​[23]​ is in behandeling bij de Eerste Kamer. Motorbendes, die zich onder andere bezighouden met drughandel, kunnen de samenleving ontwrichten door het gebruik van geweld, intimidatie en bedreiging van het lokale bestuur.

Bestellingen via internet

Zie voor meer informatie ook § 16.2.2

Om het probleem van digitale bestellingen van drugs aan te pakken wil het kabinet de opsporings- en digitale expertise versterken en publiek-private samenwerkingsverbanden met post- en pakketdiensten opzetten. Bij de politie wordt actief ingezet op de aanpak van de illegale handel op internet, het darkweb en op de illegale handel via postpakketten ​[24]​. De douane werkt intensief samen met het Post Interventie Team van de politie en douane-organisaties van de Verenigde Staten en Australië om de smokkel van synthetische drugs in de uitgaande poststroom te bestrijden ​[25]​.
Een probleem bij het opsporen van drugs in postpakketten wordt ook gevormd door het briefgeheim: een brief of pakket openmaken om te kijken wat erin zit, mag alleen met toestemming van een rechter-commissaris. Er is ook voorgesteld om een legitimatieplicht in te voeren voor het verzenden van postpakketten naar het buitenland, maar dat lijkt niet proportioneel gezien de grote hoeveelheid postpakketten, de inbreuk op de privacy van de klanten en de administratieve lasten voor het bedrijfsleven. Bovendien is het effect waarschijnlijk klein omdat er allerlei manieren zijn om de legitimatieplicht te omzeilen ​[26]​.


[1] https://www.politie.nl/nieuws/2020/februari/26/politie-ontdekt-meer-drugslabs.html.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    T.K.29911-79. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief regering: Nationaal Dreigingsbeeld Georganiseerde Criminaliteit 2012 en Vierde rapportage op basis van de Monitor Georganiseerde Criminaliteit. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2013.
  2. 2.
    T.K. 29911-329. Extra investeringen in het breed offensief tegen ondermijnende criminaliteit. Den Haag: Tweede Kamer der Statwen generaal ; 2021.
  3. 3.
    T.K.29911-180. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief Regering: Actie-agenda aanpak ondermijning. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2017.
  4. 4.
    T.K.29911-256. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief regering: Contouren breed offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit, najaarsnota. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2019.
  5. 5.
    T.K.29911-254. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief regering: Contouren breed offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2019.
  6. 6.
    T.K.29911-281. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief regering: Uitwerking breed offensief tegen georganiseerde ondermijnende criminaliteit, 18 juni 2020. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2020.
  7. 7.
    T.K.29911-308. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Brief regering; Toezegging, gedaan tijdens het notaoverleg Politie van 3 april 2021, over de Inrichting en doorontwikkeling Multidisciplinair Interventieteam (MIT) . Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  8. 8.
    T.K.29911-320. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Motie; Motie van het lid Michon-Derkzen over aangeven hoe het Multidisciplinair Interventie Team zich verhoudt tot bestaande diensten . Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal ; 2021.
  9. 9.
    T.K.24077-456. Drugbeleid: Brief regering: Voortgangsbrief drugspreventie. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2019.
  10. 10.
    T.K.28741-81. Jeugdcriminaliteit; Brief regering; Ontwikkelingen jeugdcriminaliteit. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  11. 11.
    T.K.29911-329. Reactie op het rapport 25 jaar bestrijding drugscriminaliteit; Bijlage bij kamerstuk . Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  12. 12.
    T.K.29911-259. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief regering: Voortgang aanpak georganiseerde ondermijnende criminaliteit, 11 november 2019. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2019.
  13. 13.
    T.K.29911-292. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Brief regering; Voortgang aanpak ondermijnende criminaliteit. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2020.
  14. 14.
    T.K.29911-309. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Brief regering; Extra ondersteuning logistieke knooppunten. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  15. 15.
    T.K.33173-20. Prestaties in de strafrechtketen; Verslag van een commissiedebat; Verslag van een commissiedebat, gehouden op 16 juni 2021, over Criminaliteitsbestrijding en georganiseerde criminaliteit/ondermijning. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  16. 16.
    T.K.29911-286. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Brief regering; Programmadirecteur-generaal Ondermijning en regie op de afpakketen . Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  17. 17.
    T.K.29911-315. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Brief regering; Themastudie georganiseerde criminaliteit en Nationale Veiligheid . Den Haag:Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.
  18. 18.
    Abraham M, Van Dijk B, Hofstra D, Spapens T. Aanpak georganiseerde drugscriminaliteit. Een terugblik op 25 jaar beleid en uitvoering. Amsterdam &Tilburg DSP-groep Tilburg University ; 2021.
  19. 19.
    Stb.2019-311. Wet van 27 september 2019 tot wijziging van onder meer het Wetboek van Strafrecht in verband met de herwaardering van de strafbaarstelling van enkele actuele delictsvormen (herwaardering strafbaarstelling actuele delictsvormen). Den Haag: Rijksoverheid; 2019.
  20. 20.
    T.K.35564-2. Voorstel van wet: Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met versterking van de strafrechtelijke aanpak van ondermijnende criminaliteit , 10 september 2020. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2020.
  21. 21.
    Stb. 2021-544. Wet van 4 november 2021 tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering en enige andere wetten in verband met versterking van de strafrechtelijke aanpak van ondermijnende criminaliteit (versterking strafrechtelijke aanpak ondermijnende criminaliteit). Den Haag: Rijksoverheid; 2021.
  22. 22.
    T.K.29911-220. Bestrijding georganiseerde criminaliteit: Brief regering: Reactie op verzoek commissie over de berichtgeving inzake drugs ten behoeve van algemeen overleg over georganiseerde criminaliteit/ondermijning. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2019.
  23. 23.
    T.K.35079-2. Voorstel van wet van de leden Kuiken, Van Toorenburg, Van Oosten, Van der Graaf en Van der Staaij, houdende regels over het bestuursrechtelijk verbieden van organisaties die een cultuur van wetteloosheid creëren, bevorderen of in stand houden. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2018.
  24. 24.
    T.K.24077-463. Drugbeleid: Brief regering: Coffeeshopmonitor meting 2018, 13 mei 2020. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2020.
  25. 25.
    T.K.31934-35. Douane; Brief regering; Stand van zaken Douane. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2020.
  26. 26.
    T.K. 29 911- 337. Bestrijding georganiseerde criminaliteit; Brief regering; Voortgang aanpak ondermijnende criminaliteit. Den Haag: Tweede Kamer der Staten-Generaal; 2021.

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2023. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.