HomeCocaïne4.0 Laatste feiten en trends

4.0 Laatste feiten en trends

Volwassenen

Cocaïnegebruik in het laatste jaar (2022)

2,4%

1,5%

3,4%

  • In 2022 heeft 2,4% van de volwassenen in het laatste jaar cocaïne gebruikt, dat zijn 340.000 mensen. Het gebruik van crack-cocaïne komt in de algemene bevolking zelden voor. Lees meer…
  • Het percentage gebruikers in de volwassen Nederlandse bevolking is in 2022 toegenomen ten opzichte van de periode tussen 2015 en 2020. Lees meer…
  • Meer mannen gebruiken cocaïne dan vrouwen. Lees meer…
  • Het laatste-jaar-gebruik van cocaïne is het hoogst onder jongvolwassenen. Lees meer…
  • De meerderheid van de laatste-jaar-gebruikers gebruikt cocaïne incidenteel. Lees meer…

Jongeren en jongvolwassenen

Voortgezet onderwijs
12-16 jaar
laatste jaar (2020)

0,8%

Hbo-wo-studenten
≥16 jaar
laatste jaar (2023)

7%

Uitgaanders
16-35 jaar
laatste jaar (2023)

33,5%

  • Onder scholieren van 12-16 jaar van het voortgezet onderwijs daalde het ooitgebruik en het laatste-maand-gebruik tussen 1999 en 2007 geleidelijk, maar is sindsdien tot 2019 stabiel gebleven. Lees meer…
  • Onder 16-18-jairge mbo- en hbo-studenten gebruikte in 2021 3,9% ooit cocaïne en 1,1% gebruikte cocaïne in de laatste maand. Na een eerdere daling in 2019, steeg in 2021 het ooitgebruik van cocaïne onder mbo-hbo-studenten. Onder hbo- en wo-studenten van 16 jaar en ouder had 2023 12% ervaring met cocaïne, 7% gebruikte in het laatste jaar en 2% in de laatste maand. Het laatste-maand-gebruik is in 2023 onveranderd ten opzichte van de eerste meting in 2021. Lees meer…
  • Cocaïne is relatief populair in het uitgaansleven: cocaïne is de vierde meest gebruikte drug onder uitgaanders, na ecstasy, cannabis en 3-MMC. Er zijn signalen voor een toename in het cocaïnegebruik onder uitgaanders. De meeste uitgaanders gebruiken cocaïne incidenteel. Lees meer…
  • Cocaïne wordt vaker gebruikt in kwetsbare groepen vergeleken met jongeren uit het regulier onderwijs. Vooral in de residentiële jeugdzorg (RJZ) en in Justitiële Jeugdinrichtingen hebben relatief meer jongeren ervaring met cocaïne. Er lijkt minder verschil te zitten in het laatste-maand-gebruik van cocaïne. Er zijn geen aanwijzingen voor een toename over tijd in het gebruik van cocaïne onder kwetsbare groepen. Wel rapporteren preventiewerkers dat het gebruik van cocaïne meer geaccepteerd lijkt te raken in groepen kwetsbare jongeren in verschillende regio’s. Lees meer…

Internationale vergelijking

  • Het gebruik van cocaïne ligt in Nederland boven het Europese gemiddelde. Lees meer…
  • In vergelijking met hun Europese leeftijdgenoten, lag in 2019 het ooitgebruik onder Nederlandse scholieren van 15 en 16 jaar rond het gemiddelde, maar de verschillen tussen de landen waren klein. Dit was ook het geval in 2015. Lees meer…

Hulpvraag en incidenten

  • Tussen 2015 en 2018 steeg het aantal cocaïnepatiënten in de algemene ziekenhuizen. Lees meer…
  • Bij de MDI werden incidenten met cocaïne in 2022 relatief minder vaak gemeld dan in voorgaande jaren. Bij de meeste patiënten die bij de MDI worden gezien, zorgt cocaïne voor lichamelijke opwinding (o.a. ontregelde hartslag, bloeddruk en ademhaling, en hartklachten). Cocaïne is de op één na meest gebruikte drug (na cannabis) bij verkeersslachtoffers op de SEH van LIS-ziekenhuizen. Ook bij het NVIC zijn er relatief veel informatieverzoeken voor cocaïne vergeleken met andere drugs. Lees meer…
  • Cocaïne wordt relatief vaak gecombineerd met alcohol en met andere drugs, waardoor het risico op (ernstige) gezondheidsincidenten, zoals hartproblemen, toeneemt. Lees meer…

Aanbod en markt

  • De zuiverheid van cocaïnepoeders is in 2022 op recordhoogte. Het aandeel cocaïnepoeders met levamisol (een ontwormingsmiddel voor dieren), is in 2022 opnieuw gedaald. Lees meer…
  • Een gram cocaïne kostte in 2022 gemiddeld €51,50 deze prijs is sinds 2008 niet wezenlijk veranderd. De prijs van een gram cocaïne in Nederland ligt lager dan het Europees gemiddelde. Lees meer…

Aanvullende informatie

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2024. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.