In deze paragraaf:
Volwassenen
- In 2024 gebruikte 10,4% van de volwassen Nederlanders van 18 jaar en ouder één of meer soorten drugs. Dat zijn bijna 1,5 miljoen volwassenen. Onder jongvolwassenen van 18-29-jaar lag dit percentage hoger, namelijk 27,7%. Als we naar de afzonderlijke drugs kijken, dan zien we relatief grote verschillen in het gebruik in het laatste jaar onder volwassen van 18 jaar en ouder. Cannabis blijft koploper met 6,9%, dat zijn ongeveer 1 miljoen volwassenen. Als tweede drug volgt ecstasy (4,1%; 590 duizend volwassenen) en daarna cocaïne (2,4%; 340 duizend), 3-MMC (1,6%; 230 duizend), amfetamine (1,3%; 180 duizend), ketamine (1,2%; 170 duizend) en paddo’s (1,0%; 150 duizend). Alle andere onderzochte drugs werden door minder dan 1% van de volwassenen gebruikt. In 2024 is het gebruik van de meeste drugs onder volwassenen in Nederland weinig veranderd vergeleken met de vorige metingen (2022/2023). Alleen het gebruik van 4-MMC is gestegen, van 0,5% in 2022 naar 0,9% in 2024. Het gebruik van lachgas is juist gedaald. Dit daalt al sinds 2019.Op langere termijn zijn meer veranderingen zichtbaar. Vergeleken met de eerste metingen in 2015/2016, gebruikten in 2024 meer volwassenen de stimulerende middelen cocaïne en ecstasy. Ook het gebruik van psychedelische middelen zoals LSD, paddo’s en truffels is in deze periode toegenomen, al blijven de percentages hiervan relatief laag in vergelijking met andere middelen. Het GHB-gebruik is in 2024 (0,3%) juist lager dan in 2015 (0,5%).
- In 2024 had ruim driekwart van de volwassenen weleens alcohol gedronken. 45,4% hield zich aan het advies van de Gezondheidsraad. Iets meer dan 5% van de volwassenen dronk overmatig en 7,2% was een zware drinker. Vrouwen, 75-plussers, volwassenen met een opleiding in het basisonderwijs, lbo, mavo, vmbo of mbo niveau 1, volwassenen met een niet-Europese herkomst en volwassenen in (zeer) sterk stedelijke gebieden hielden zich het vaakst aan het advies van de Gezondheidsraad. Overmatig drinken was het hoogst onder mannen, 18-19-jarigen, 20-24-jarigen en 65-74-jarigen en volwassenen met een Nederlandse of Europese herkomst. Zwaar drinken was het hoogst onder mannen, 18-19-jarigen en 20-24-jarigen, volwassenen met een Nederlandse herkomst en volwassenen in weinig/niet sterk stedelijke gebieden. In 2024 is het percentage volwassenen dat zich houdt aan het advies van de Gezondheidsraad niet veranderd vergeleken met 2023. Vergeleken met 2014 is dit percentage in 2024 wel hoger. Het percentage volwassenen dat weleens alcohol dronk is tussen 2014 en 2024 gedaald. In diezelfde periode daalde ook het percentage volwassenen dat overmatig of zwaar dronk.
- In 2024 rookte 18,2% van de volwassenen weleens en 12,3% rookte elke dag. Roken komt vaker voor onder mannen, volwassenen met een opleiding in het basisonderwijs, lbo, mavo vmbo of mbo-niveau-1 en volwassenen met een mbo-niveau 2-4, havo– of vwo-opleiding, volwassenen met een Europese (excl. NL) en niet-Europese herkomst en volwassenen in (zeer) sterk stedelijke gebieden.In 2024 is het percentage volwassenen dat weleens rookt niet veranderd in vergelijking met de vorige meting in 2023. Vergeleken met de eerste meting in 2014 is het percentage wel gedaald. In 2024 is het percentage volwassenen dat dagelijks rookt gedaald vergeleken met de vorige meting in 2023 en de eerste meting in 2014.
Scholieren
- In 2023 is het gebruik van alcohol en lachgas onder scholieren van 12 tot en met 16 jaar gedaald vergeleken met eerdere jaren. Na een jarenlange daling is het roken onder scholieren sinds 2017 niet verder gedaald. Verder is het gebruik van cannabis gedaald vergeleken met 2003, maar niet veranderd vergeleken met 2019 en 2021. Het percentage scholieren dat ooit ecstasy heeft gebruikt is tussen 2003 en 2023 ongeveer gelijk gebleven. Alleen in 2017 vond een tijdelijke daling plaats.
- Sommige groepen scholieren gebruiken meer middelen dan anderen. Zo roken en vapen meisjes vaker dan jongens. Ook neemt het gebruik van middelen toe met de leeftijd. Verder hebben vmbo-scholieren meer ervaring met roken en gebruik van cannabis dan vwo-scholieren. En scholieren met een Nederlandse herkomst hebben meer ervaring met roken en alcohol drinken dan scholieren met een niet-Nederlandse herkomst.
Internationale vergelijking
Vergeleken met andere landen in de EU heeft Nederland het hoogste percentage laatste-jaar-gebruikers van ecstasy en cocaïne. Ook voor cannabis en amfetamine ligt het gebruik in Nederland in de hogere regionen van Europa.
Verslavingszorg
Alcoholproblematiek komt het meest voor binnen de verslavingszorg, met een aandeel van 44%. Na alcohol is cannabis de meest voorkomende verslaving in de verslavingszorg, en onder jongeren (<25 jaar) de meest voorkomende problematiek. Steeds meer mensen geven aan naast hun primaire problematiek ook problemen te hebben met andere middelen. Verslaving aan cocaïne, ecstasy en GHB gaat vaak gepaard met problemen met andere middelen. Het aandeel ‘overige middelen’ neemt toe. Hoewel het aandeel in de verslavingszorg relatief klein is en deze verzamelcategorie vaak niet specifiek genoeg wordt geregistreerd, valt vooral op dat in 2024 ongeveer 650 mensen in behandeling zijn voor een primaire ketamineverslaving en bijna 700 voor een 3-MMC-verslaving. Het aantal personen met primaire problematiek medicijnen (met name slaap- en kalmeringsmiddelen) is afgelopen 10 jaar gestegen van circa 900 personen in 2015 naar bijna 1.600 in 2024.
Sterfte
- In 2023 overleden er ten minste 338 mensen van 15 jaar en ouder door het gebruik van drugs. Dit aantal is tussen 2014 en 2023 bijna verdrievoudigd. Deze toename komt vooral door een stijging in het aantal sterfgevallen door opioïden en cocaïne. Het aantal sterfgevallen door opioïden is tussen 2014 en 2023 meer dan verviervoudigd, van 40 naar 178. In diezelfde periode is het aantal sterfgevallen door cocaïne meer dan verdubbeld, van 24 naar 63. Tussen 2014 en 2023 schommelde het aantal “overige” drugs tussen de 59 en 123 gevallen per jaar. Het gemiddelde lag op de 86 gevallen per jaar. Onder deze groep “overige” drugs vallen ook de psychostimulantia, zoals ecstasy en amfetamine. Er overleden tussen 2014 en 2023 gemiddeld 10 personen per aan psychostimulantia.
- Roken is in Nederland de belangrijkste oorzaak van vroegtijdige sterfte. In 2023 overleden in Nederland naar schatting 19.420 mensen aan de gevolgen van roken en 1.050 aan de gevolgen van meeroken.
- In 2023 werd het totaal aantal aan alcohol gerelateerde sterfgevallen door het RIVM geschat op 2.720. Dat is 1,6% van de totale sterfte in Nederland. Het grootste deel komt door beroertes. Het CBS rapporteerde in 2023, op basis van de Doodsoorzakenstatistiek, 1.125 sterfgevallen door alcohol. Het gaat bij de CBS-registratie alleen om sterfgevallen waarbij er een direct verband is tussen het alcoholgebruik en het overlijden (primaire sterfte). Sterfgevallen waarbij alcohol een indirecte rol heeft gespeeld (secundaire sterfte), zoals bij bepaalde vormen van kanker of verkeersongevallen, zijn geen onderdeel van de Doodsoorzakenstatistiek.
Drugsmarkt
- In 2023 bevatte de ‘meest populaire’ nederwiet gemiddeld 12,9% THC. Het lijkt alsof het gemiddelde THC-gehalte in nederwiet tussen 2022 en 2023 is gedaald, maar dit kan mogelijk te wijten zijn aan een nieuwe analysemethode. Het gemiddelde THC-gehalte in nederhasj en geïmporteerde hasj bleef tussen 2022 en 2023 stabiel. In 2023 was de prijs voor een gram cannabis, ongeacht de soort, €12,28. De prijs van cannabisproducten bleef tussen 2022 en 2023 stabiel, maar de prijs van nederwiet is op lange termijn flink gestegen.
- Meer dan de helft (52,2%) van alle ingeleverde drugsmonsters in 2024 waren ecstasypillen. In 99,3% van alle pillen zat ook echt MDMA, de actieve stof in ecstasy. Het gemiddelde MDMA-gehalte van een ecstasypil in 2024 (143 mg) is sinds 2022 vrij stabiel. In 8% van de ecstasypillen zaten (ook) andere stoffen dan MDMA. MDMA-poeder wordt minder vaak ingeleverd dan ecstasypillen. Van de ingeleverde drugsmonsters was 10,2% gekocht als MDMA-poeder. Monsters die ingeleverd zijn als MDMA-poeder bevatten in 95,7% van de gevallen ook echt MDMA.
- 3-MMC en 4-MMC worden de afgelopen jaren steeds meer ingeleverd bij de testlocaties van het DIMS. In 2024 was 3-MMC de meest ingeleverde NPS: ongeveer één op de tien ingeleverde drugsmonsters was verkocht als 3-MMC. Ook het aandeel 4-MMC-monsters nam toe. Opvallend is dat in veel van deze monsters geen 3-MMC of 4-MMC werd aangetroffen, maar andere stoffen. Tot 2023 was 2C-B de meest ingeleverde NPS. In 2024 was bijna één op de twintig ingeleverde drugsmonsters verkocht als 2C-B.
- Van alle drugsmonsters die in 2024 waren ingeleverd bij de testlocaties, werd 5,1% verkocht als cocaïne. Dit is vergelijkbaar met 2023. Van de cocaïnemonsters bevatte 94,3% ook echt cocaïne. In 2024 bevatte 65,8% van alle als cocaïne verkochte drugsmonsters alleen cocaïne, de overige monsters bevatten (ook) andere stoffen. De zuiverheid van cocaïne is sinds een hoogtepunt in 2022 met 74,2% in 2024 gedaald naar 68,8%, daarmee ligt de zuiverheid weer ongeveer op het niveau van 2020. Procaïne is het meest voorkomende versnijdingsmiddel, gevolgd door levamisol en fenacetine.
- Van de klassieke psychedelica wordt er vooral LSD ingeleverd bij het DIMS. Het DIMS analyseert geen natuurlijke producten, zoals paddo’s en truffels. In 2024 was 1,2% van de drugsmonsters gekocht als LSD. Bijna 95% van de ingeleverde LSD-monsters bevatte ook echt LSD. De gemiddelde dosering LSD op blotters is de afgelopen vijf jaar gedaald.
Aanvullende informatie
Stel uw pdf samen: Selecteer een hoofdstuk of een paragraaf hiervan
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2025. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.